Landelijke gemeente met woonfunctie voor pendelaars; 659 ha en 1.639 inwoners. In 1962 vergroot met twee gehuchten van Twee-Acren (Donkerstraat en Haie-de-Viane). Gelegen op de grens van Vlaanderen, Henegouwen en Brabant. Eerste vermelding in 1210 als "Vienne". De heerlijkheid was oorspronkelijk in handen van de heren van Viane (bekend sinds 1282), vervolgens van de heren van Zottegem, van Luxemburg, graven van Egmont, Blondel de Beauregard, welke laatste het kasteel bewoonde. De abdij der Rijke Claren van Gentbrugge bezat veel bos- en landbouwgrond, alsmede het "Hof ten Caudenberge" en het "Hof te Humbeke". Het landschap wordt gekarakteriseerd door veel weiden met onder meer de onbewoonde Markevallei in het noorden.
Enkele belangrijke gesloten hoeven zijn gelegen aan de Steenweg op Edingen. Twee dorpskernen, namelijk de Plaats (onder meer met gemeentehuis) en de omgeving van de parochiekerk, met elkaar verbonden door de Kasteelstraat. Het oorspronkelijke centrum, met voormalige parochiekerk, was gelegen op de Plaats; de huidige straten duiden nog steeds het oude tracé aan.
DE POTTER F.-BROECKAERT J., Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen, Gent (1900), reeks V, deel IV.
Bron: D'HUYVETTER C., DE LONGIE B. & EEMAN M. met medewerking van LINTERS A. 1978: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Aalst, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 5n1 (A-G), Brussel - Gent. Auteurs: d'Huyvetter, Clio; de Longie, Bea; Eeman, Michèle Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)