Landelijke gemeente aan de Zenne, ten noordwesten van Mechelen. Sedert 1 januari 1977 deelgemeente van Mechelen. Oppervlakte: 695 ha; inwoners: 1.836 (1/1/1994).
Door zijn bijzondere ligging aan de Zenne en door de aanwezigheid van vruchtbare gronden (Kouter, ten zuidoosten van de Steenweg op Blaasveld) en uitgestrekte beemden, verschafte Heffen van oudsher gunstige levensvoorwaarden voor de mens. In 1963 kwamen nederzettingssporen aan het licht op het gehucht Hooiendonk-Tien Vierde Delen, ten noordwesten van de dorpskern. De site zou dateren uit de La Tène-periode met enkele resten uit de Hallstadt-tijd. Op dezelfde plaats tussen de Mierenstraat en de nu verdwenen Polderhoeve werd Romeins aardewerk gevonden, samen met dakpannen en betonvloerfragmenten, wat zou kunnen wijzen op een zekere continuïteit in de bewoning.
Tijdens het bestaan van de Heerlijkheid Mechelen, ressorteerde Heffen onder het district. De ligging van de dorpskern, als convergentiepunt van een waaiervormig wegennet, nabij de Zenne (verbinding tussen Brussel en de Schelde) verwijst naar het belang van de rivierovergang, die het ontstaan en de ontwikkeling van het dorp bepaald heeft. Te Heffen bevond zich immers de terminus of het beginpunt van de Zennevaart, wat gepaard ging met onder meer het recht om tol te heffen; het oude "tolhuys", een ronde toren van waaruit een ketting bediend werd die de doorvaart afsloot, werd gesloopt in 1820. Tot 1308, toen een akkoord gesloten werd tussen de prins-bisschoppen van Luik en de Berthouts, had Heffen een eigen schepenbank; door vernoemd akkoord kwam het echter onder de bevoegdheid van de schepenbank van Mechelen.
Heden landelijke gemeente met de dorpskern vlak bij de Zenne en van oost naar west doorsneden door de van oudsher belangrijke Steenweg op Blaasveld (eertijds Dendermondse Steenweg). Het noordwestelijke deel sluit aan bij het natuurreservaat zogenaamd "Het Broek" van Blaasveld (zie gemeente-inleiding van Blaasveld). Qua bebouwing gekarakteriseerd door heterogene dorpsbebouwing voornamelijk vanaf de tweede helft van de 19de eeuw en kleinere hoeven of woonstalhuisjes, zoals Ten Doorn nummer 18 (volgens kadastrale gegevens uit het derde kwart van de 19de eeuw). Vooral ten zuiden van de Steenweg op Blaasveld vinden we een landelijk gebied met her en der verspreide hoeven uit de 19de en 20ste eeuw, doch meestal sterk aangepast, onder meer Heirstraat nummer 31 (vermoedelijk opklimmend tot de eerste helft van de 19de eeuw) en Robbroek nummer 2 (derde kwart 19de eeuw). Overblijfselen van reeksen arbeidershuisjes uit de tweede helft van de 19de eeuw treffen we aan op de Steenweg op Blaasveld nummers 12-20 (volgens kadastrale gegevens uit het derde kwart van de 19de eeuw, doch nog niet aangeduid op de Poppkaart van circa 1860) en Heindonksesteenweg nummers 92-94. Ten noorden van de dorpskern inplanting van een nieuwe woonwijk, uit de late jaren 1960, begin jaren 1970. Aan de Fonteinweg en Heindonksesteenweg, sociale woonwijk uit de jaren 1950.
- Kadasterarchief Antwerpen, Mutatieschetsen Heffen, 1865/41.
- De geschiedenis van Mechelen. Van Heerlijkheid tot stadsgewest, onder leiding van VAN UYTVEN R., Brugge, 1991, p. 29.
- NECKERS J., Mechelen zoals J.B. De Noter het zag, Mechelen, 1981, p. 142.
- POPP P.C., Atlas cadastral de Belgique. Plan parcellaire de la commune de Heffen.
- VAN ACOLEYEN J., Generale metinghe ende caertboeck der prochie van Heffen gemeten ten jare 1717, (Stadsarchief Mechelen).
- VANDENBERGHE S., Blik op het cultureel patrimonium van de Mechelse fusiegemeenten, Overdruk Handelingen van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen, deel LXXXI, 1977, p. 98-109.
- VERBESSELT J., Het parochiewezen in Brabant tot het einde van de 13e eeuw. Deel X. Tussen Zenne en Rupel, Pittem, 1969, p. 359-379.