Landbouw- en woonforenzengemeente. Kerndorp, bestaande uit het eigenlijke Membruggen en het gehucht Klein-Membruggen. Het grondgebied wordt ingesneden door de Molenbeek en de bovenloop van de Demer.
De bewoning klimt op tot de Romeinse periode (substructies van een Romeins gebouw uit de 2de eeuw; sporen van centuriatio). De Romeinse weg Tongeren-Nijmegen doorkruist de gemeente.
Reeds in de 13de eeuw deel uitmakend van het domein der Loonse graven, gaat het gebied in 1366 over naar de Bisschoppelijke Tafel van Luik. In 1766 worden de heerlijke rechten in pand gegeven aan de Luikse domproost graaf de Borchgrave.
De schepenbank sprak Loons recht en ging in beroep bij het Oppergerecht van Vliermaal. Op het grondgebied bevonden zich twee laathoven: het Sint-Lambertushof en het Pietersheimhof.
Patronaatsrecht en tienden van de Sint-Hubertusparochie waren in de 12de eeuw als Loons leen in bezit van Diederik van Pietersheim, die ze circa 1180 schenkt aan de door hem gestichte cisterciënzerabdij van Hocht (Lanaken). In 1401 wordt de kerk ingedeeld bij de abdij van Hocht.
In 1970 deel van de fusiegemeente Elderen, die de gemeenten 's Herenelderen, Genoelselderen en Membruggen omvatte. In 1977 werd deze fusie ontbonden: 's Herenelderen ging naar Tongeren, Genoelselderen en Membruggen werden bij Riemst gevoegd.
Oppervlakte: 320 hectare. Aantal inwoners (1970): 743.
- BAUWENS-LESENNE M., Bibliografisch repertorium van de oudheidkundige vondsten in Limburg, behoudens Tongeren-Koninksem (vanaf de vroegste tijden tot de Noormannen), Brussel, 1968, p.223-225.
- MERTENS J., Membruggen n 4564, (Fasti Archaeologici, 7, 1952 (1955), p.352).
- PAQUAY J., Les paroisses de l'ancien concile de Tongres y compris les conciles de Hasselt et Villers-L'Evêque démembrés du même concile, (Bulletin de la Société d'Art et d'Histoire du Diocèse de Liège, 18, 1909, p.124-129).
- S.N., Losse aantekeningen over Membruggen,('t Daghet in den Oosten, 18, 1902, p.109-112; 113-115; 129-131; 145-146).