"Askappel" in de volksmond. Landelijke gemeente van 490 ha en 252 inwoners (1972); afnemend aantal inwoners, zie respectievelijk 430 inwoners en 330 inwoners in 1900 en 1956; oudere bevolking. Sedert 1970 fusiegemeente van Veurne. Gelegen in de Zeepolders ten oosten van het kanaal Veurne-Lo. Uitgezonderd een smalle ooststrook (Middellandpolders), behorend tot de Oudlandpolders. Doorsneden door draineergrachten als Krommegracht, Zoutenaaieleed, en Oude Avaart.
Primerende landbouwactiviteit. In de 19de eeuw, drie steenbakkerijen en tot circa 1900 verschillende turfputten voor eigen gebruik. Voor het eerst vermeld in 1111 als Eggafridi Capella of kapel van Eggafrid. Het gebied van Eggewaartskapelle lag in het overstromingsgebied van de Duinkerke II-transgressie (4de tot 8de eeuw). Vermoedelijk mede tengevolge van de inpolderingen, ontstond een kleine nederzetting waar Eggafridus Vandergracht, behorend tot de kleine landadel, een kapel stichtte. Tot zelfstandige parochie verheven in 1115, met altaar onder patronaat van de Sint-Bertinusabdij te Sint-Omaars; behoorde tot 1566 tot het bisdom Terwaan, nadien respectievelijk tot het bisdom Ieper, Gent (na 1801) en Brugge (vanaf 1839). Geboorteplaats van Heilige Idesbaldus (1090- 1167), zoon van vermelde Eggafridus Vandergracht; respectievelijk monnik en gedurende twaalf jaar abt van de Duinenabdij te Koksijde. Huidige hoeven zogenaamd "Pauw hof" (Knollestraat nummer 9) en "Koudenburg" (Reygaerdijkstraat nummer 34), voormalige leenhoven van de burcht van Veume; eerst genoemde vermoedelijke woonplaats van Eggafridus Vandergracht. Verschillende inwoners van Eggewaartskapelle aangevoerd door Nicolaas Zannekin uit Lampemisse, sneuvelden in de slag te Kassei (1328) cf. opstand van 1323-1328 met aandeel van de boerenbevolking, tegen de graaf omwille van misbruiken op belastingsgebied, en eveneens tegen de Leliaerts. Kleine dorpskom met bebouwing geconcentreerd rondom het Askappelplein ten zuidoosten van de kerk midden ommuurd en deels beboomd kerkhof, ten oosten van de Knollestraat. Respectievelijk ten noordwesten en ten westen van de kerk, omgrachte pastorie (Knollestraat nummer 6) en oorspronkelijk omwalde hoeve zogenaamd "Pauwhof" (Knollestraat nummer 9) waarvan onmiddellijke omgeving afgezoomd met hoge bomen.
Voorts, oorspronkelijk omwalde hoeven met resten van omwalling, onder meer met boerenhuis op omwalde terp (Knollestraat nummer 26).
Nog bewaarde kerkwegels onder meer de geplaveide Zoutenaaiewegel. Tot vóór enkele jaren, kleine houten windmolen van het type open staken molen uit de 19de eeuw, op boerenerf; thans ontmanteld (Palinghoek).
- DEVYT Chr., De Belgische windmolens. Toestand op 1 januari 1975, Tielt, 1975, z.p.
- LAVA A., Eggewaartskapelle "Askappel". Geschiedenis en folklore, [Eggewaartskapelle] , 1974.