Woongemeente met een agrarisch karakter, halverwege tussen Oudenaarde en Ronse liggend, telt een oppervlakte van 1194 ha en 2078 inwoners (1.1.1998).
Oostelijke gemeentegrens, met Etikhove, afgelijnd door een aantal beken; voorts ten zuiden grenzend aan Ronse, ten westen aan Kluisbergen (Zulzeke) en ten noordwesten en noorden aan Oudenaarde (Melden). Gesitueerd in de Zandleemstreek met een sterk heuvelend landschap ingesneden door beekvalleien. Hoogteverschillen schommelend tussen 30 en 112 m. Meerdere beken ontspringend op het grondgebied, voornamelijk zijbeken van de Holbeek of Maarkebeek met de Molenbeek als voornaamste. Overblijfsels van vroeger sterker beboste gedeelten zijn nog aanwezig in het noordwesten op de Koppenberg, grensgebied met Melden en in het zuidoosten, dat parochiaal behoort bij Louise-Marie (zie Etikhove), namelijk op Rubberigsbank, uitloper van het Muziekbos.
Nukerke kende reeds occupatie in het Neolithicum. Bewijzen daarvan kwamen door archeologisch onderzoek aan het licht op een kleine oppervlaktesite in het gehucht "De Klomp" in de Zuidwestelijke hoek van de gemeente. Van bewoning tijdens de Gallo-Romeinse periode getuigen resten van Romeinse villa's, naast muntschatten en andere vondsten.
Nukerke vormde eertijds een parochie met Melden. De oprichting van een nieuwe kerk in het gebied verklaart de gemeentenaam (oudste vermelding in 1116 "Nova ecclesia"), doch niet bekend wanneer Nukerke als jongere parochie zelfstandig werd. Evenals in Melden bezat het Onze-Lieve-Vrouwekapittel van Kamerijk het patronaatschap van de kerk. Nukerke vormde maakte samen met Melden het foncier uit van het Land van tussen Marke en Ronne, heerlijkheid die toebehoorde aan de baronnen van Pamele. Administratief gelegen binnen de kasselrij van het Land van Aalst. Op bestuurlijk vlak bleven Nukerke en Melden met hun gezamenlijke vierschaar een eenheid vormen.
Nukerke behoorde tot die dorpen in het Oudenaardse waar de hervorming sinds XVI veel aanhang kreeg. De protestantse kerkgemeenschap maakte er deel uit van de zogenaamde "Vlaamse Olijfberg" die de hervormden van zeven gemeenten groepeerde (zie Etikhove). In 1772 telde de parochie Nukerke geen protestanten meer.
Van noord naar zuid loopt door de Westelijke helft van de gemeente minstens sinds de late Middeleeuwen een oude verbindingsweg tussen Oudenaarde en Ronse, in 1275 was al sprake van deze "grant voie". De kronkelende heerweg Ronse-Oudenaarde werd volgens ontwerpplannen van 1778 in het derde kwart van de 18de eeuw rechtgetrokken tot een steenweg; tracé in de periode eind jaren 1960 tot eind jaren 1970 nog verbreed tot een opvallende verkeersas binnen het wegennet. De spoorlijn Oudenaarde-Ronse, in gebruik genomen in 1861, doorsnijdt het grondgebied grenzend aan Etikhove.
De bescheiden en nog vrij landelijke dorpskern, ten Oosten naast de Rijksweg, valt voornamelijk visueel op door haar verheven ligging gedomineerd door de kerk. De bebouwde dorpskom breidde in de jaren 1970 sterk uit ten Zuiden door een nieuw aangelegde sociale woonwijk in eenheidsbebouwing met de Oude Heerweg als as. Recent is een stijgende interesse vast te stellen voor de nog beschikbare bouwgronden waardoor een toename van hedendaagse woningbouw optreedt. Globaal gezien is de bebouwing voorts gekenmerkt door haar verspreid karakter met concentraties in kleine gehuchten die veelal op oude hoevebouw teruggaan naast tussenliggende onbebouwde hogergelegen ruggen met akkergrond. Slechts aan de grote verkeersweg gevormd door de Rijksweg en ook aan de Ommegangstraat, verbindingsweg in het zuiden naar Schorisse, is al sinds de eerste helft van de 20ste eeuw een sterkere aangroei van bebouwing vast te stellen. Nukerke telde voorheen twee watermolens aan de Molenbeek; daarvan bleef geen enkele bewaard. Er waren niet minder dan vijf windmolens; alle houten windmolens verdwenen. Van de drie bewaarde stenen windmolens is slechts één gaaf bewaard gebleven en opnieuw maalvaardig. Sinds het tweede kwart van de 20ste eeuw is op de grens met Etikhove een bronwater- en limonadefabriek gevestigd, ontstaan bij de vroegere brouwerij "De Fonteine" (zie Etikhove, Bronnestraat).
- BOTERDAELE A., Nos Ardennes Flamandes, Gand, 1912, p. 92-95.
- BOUCKZONE D., Toponymie van Nukerke , in Annalen GOKRTI, XIX, 1970, p. 141-165; XX, 1971, p. 147-177; XXIII, 1974, p. 135-220; XXIV, 1975, p. 107-157.
- CROMBE P., Twee laat-neolithische vindplaatsen in de omgeving van Ronse: "De Klomp" (Nukerke, Maarkedal) "Hoogerlucht" (Ronse), in Annalen GOKRTI, XXXVI, 1987, p. 59-75.
- DE MULDER G., De Gallo-Romeinse bewoning in Zuid-Oost-Vlaanderen, in Handelingen Zottegems Genootschap voor Geschiedenis, III, 1987, p. 107-108.
- DE RAMMELAEREe C., Bijdrage tot de verspreiding van het Protestantisme in het Oudenaardse gedurende de XVIIIe eeuw, in Handelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring van Oudenaarde van zijn Kastelnij en van den Lande tusschen Maercke en Ronne, XIV, 1961-1965, p. 25-29.