Deelgemeente van Ieper (1/1/1970) in de Vlaamse Zandleemstreek en Westhoek, aan de Ieperlee en het kanaal van Ieper naar de IJzer; 733 hectare en centiare 800 inwoners (12/1986). Landbouwactiviteit en pendel, voornamelijk naar Ieper en Noord-Frankrijk.
Volledig verwoest tijdens de Eerste Wereldoorlog. Tussen 1129 en 1158 vermeld als "Brile" dit zijn bosachtige, moerassige terreinen in de Nederlanden. Voor 1796 grotendeels bestaande uit de heerlijkheid "Vierlinkhove", bezit van het geslacht Quaetjonck (15de tot 16de eeuw). Het gedeelte van de parochie niet behorend tot de banmijl van Ieper, was rechtstreeks afhankelijk van de schepenen van de Zaal van Ieper. Tot aan de Franse Revolutie, bestuurlijk en fiscaal deel uitmakend van de kasselrij Ieper. Na 1796, zelfstandige gemeente (zonder Vierlinkhove).
Als kerkparochie, voor 1566 behorend tot het bisdom Terwaan, later tot het bisdom Ieper, na 1801 tot bisdom Gent en sinds 1834-1839 tot bisdom Brugge. Straatdorp; dorpsstructuur teruggaand op het algemeen aanleg- en rooilijnenplan, opgesteld na de Eerste Wereldoorlog door architect G. Lernould (Ieper); vermeld plan weinig afwijkend van de vooroorlogse dorpsaanleg, zie Ferrariskaart (1770-1775).
Langgestrekte dorpskom met bochtig tracé aan de Veurnseweg, getypeerd door lintbebouwing uit het begin van jaren 1920. Openheid in de oostelijke straatzijde ter hoogte van kerk en Kerkweg.
Naar de uiteinden van de dorpsstraat, nieuwe bouw, onder meer in de vorm van alleenstaande villa's; voorts sociale verkaveling in de omgeving van het kasteel "De Drie Torens", ten noordwesten van de dorpskom. Ieperwaarts, ten oosten van de baan, eclectisch kasteeltje- maison de campagne "Reigerburg".
Buiten de dorpskom, verspreide hoeven met losse bestanddelen: veelal U-vormige opstelling van bakstenen gebouwen onder zadeldak - mogelijk geknikt bij boerenhuis, zie Noordhofweg nummers 1 en 3, Brielensestraat nummer 30; uitzonderlijk onder schilddak, zie Vroedenhofstraat nummer 3 - daterend van het begin van jaren 1920. Enkele, deels bewaarde oude kernen, zie Brielensestraat nummer 57: boerenhuis met 18de-eeuws kern; Adriaansensweg nummer 31 met 18de-eeuws boerenhuis en 19de-eeuw schuur en Veurnseweg nummer 39 met verhoogd 19de-eeuws boerenhuis. Hoeve-afspanning aanleunend bij het langgestrekte type, Kapellestraat nummer 22.
Uit archiefonderzoek bleken voornamelijk volgende architecten betrokken bij de wederopbouw: F. Petit en J. Obozinski (Brussel), G. Lernould (Ieper), G. Veraart en E. Richir (Brussel) en J. Viérin (Brugge). Voorts wordt de Antwerpse onderneming Verbeeck meermaals vernoemd; deze opereerde echter meestal zonder architect.
Brits krijgskerkhof "Solferino Farm Cemetery" aan de Kapellestraat.
- Stedelijk Archief Ieper 874.1, Brielen: bouwvergunningen 1919 tot en met 1925.