Landbouw- en woongemeente van 759 ha en 1350 inwoners (30.11.2000). Ten noorden grenzend aan Oudenaarde (Mater) en Zwalm (Sint-Denijs-Boekel), ten oosten aan Zwalm (Sint-Blasius-Boekel) en Sint-Kornelis-Horebeke, ten zuiden aan Sint-Kornelis-Horebeke en Maarkedal (Schorisse) en ten westen aan Oudenaarde (Maarke-Kerkem en Mater).
Gelegen in Zandlemig Vlaanderen en de Vlaamse Ardennen. Sterk golvend bodemreliëf van 25 meter ten noorden tot 102 meter ten zuiden. Overwegend vruchtbare en meestal goed gedraineerde zandleem- en leembodems; slecht gedraineerde bodems in de vele beekdepressies. De Kullaarsbeek of Krombeek, gevoed door een vijftal hoofdbronnen, vormt deels de scheiding tussen Sint-Maria-Horebeke en Sint-Kornelis-Horebeke. Van west naar zuidoost doorsneden door de reeds in de Middeleeuwen bekende steenweg van Oudenaarde naar Geraardsbergen, nu zogenaamd Heerweg, en van west naar noordoost door de zogenaamde Dorpsstraat en Broekestraat, leidend van de Heerweg naar Zwalm (Sint-Blasius-Boekel). Ten Oosten van de Broekestraat, vindplaats van een aantal neolithische silex-artefacten, sporen van ijzertijdbewoning, een Romeinse weg en een Gallo-Romeinse agrarische nederzetting van het type villadomein langs de noord- en zuid-flanken van de Krombeekvallei. De belangrijke Romeinse weg Hofstade-Velzeke-Kortrijk volgde gedeeltelijk de huidige gemeentegrens met Mater.
De oudste gekende vermeldingen van Sint-Maria-Horebeke, een Germaans toponiem verwijzend naar "hurnjon", uitloper van het hoogland en "baki", beek, dateren van 1090 (Horenbecca), 1115 (Marie de superiore Horenbecca) en 1186 (Horenbecca).
In de Middeleeuwen maakte Sint-Maria-Horebeke deel uit van het Land van Aalst, meer bepaald de baanderij Schorisse, en bezat een eigen baljuw, meier, schepenbank en een leenhof dat over civiele en criminele zaken bevoegd was en afhing van het grafelijk leenhof van Aalst. Een enclave op het grondgebied van de gemeente was de heerlijkheid Rokegem, waarvan de heren uit het huis van Gavere stamden.
Het patronaatsrecht over de parochiekerk van Onze-Lieve-Vrouw, werd uitgeoefend door de Sint-Salvatorabdij van Ename. De tienden kwamen ten goede aan de parochiekerk en de abdij van Ename. De parochie maakte deel uit van de dekenij Ronse tot de oprichting van de dekenij Sint-Maria-Horebeke in 1913. De kerk werd volledig heropgebouwd eind 18de eeuw.
Thans vooral landbouw- en woongemeente en pendelarbeid naar het Aalsterse en het Brusselse. In het stratenplan nemen de onverharde buurtwegen nog een opvallende plaats in. Het centraal gelegen dorpscentrum vormt een typisch straatdorp met gevarieerde lintbebouwing in verschillende bouwstijlen aan weerszij van de Dorpsstraat en de Broekestraat met tussen beide in de parochiekerk met omringend kerkhof. De enige belangrijke agrarisch gebonden nijverheid in het dorp, de zuivelfabriek of melkerij, zogenaamd Belgomilk, opgericht in 1948 in het begin van de Dorpsstraat heeft sedert enkele jaren haar bedrijvigheid stopgezet. De stenen romp van de korenwindmolen op het zogenaamd "Plankeveld" ten Noorden van de Heerweg is sterk in verval.
In het gehucht Korsele, ook zogenaamd Geuzenhoek, leeft nu nog de enige protestantse gemeenschap die zich sinds de 16de eeuw in Vlaanderen heeft kunnen handhaven. Zij vormde in de 17de en de 18de eeuw een van de zeven protestantse gemeenten rond Oudenaarde zogenaamd "De Vlaamse Olijfberg". Een eerste tempel nu zogenaamd "De Oude Kerk", werd gebouwd in 1794-1795 en bleef in gebruik tot de bouw van de huidige Protestantse Evangelische Kerk in 1872. De kleine landelijke woonkern eromheen heeft een voor deze wijk kenmerkend bakstenen woonhuistype.
Het gebied ten zuiden van de steenweg Oudenaarde - Geraardsbergen vertoont een nog vrij gaaf landschap met hoevebebouwing aansluitend bij het natuurgebied en landschap "Het Burreken" in Sint-Kornelis-Horebeke en Maarkedal (Schorisse).
- Rijksarchief Ronse, Oud Gemeentearchief Sint-Maria-Horebeke, nr. 289-291.
- BLOMMAERT W.V., De Geuzenhoek te Horebeke, De Oude Kerk (1795-1995), Horebeke, 1995.
- DE JONGE J.A., De geuzenhoek te Horebeke, van geslacht tot geslacht, Horebeke, 1993.
- DHANENS E., Kanton Sint-Maria-Horebeke, Tekst, Inventaris van het Kunstpatrimonium van Oost-Vlaanderen, VII, Gent, 1971, p. 331-355.