Het gehucht Wurfeld wordt voor het eerst vermeld in 1368 als Werffele; de etymologie op –lo duidt op een bos met laag geboomte waarin stukken open weidegrond liggen. De late ontginning is te wijten aan het gebrek aan goede landbouwgronden, aangezien de bodem zandig is.
Hier bevond zich midden 15de eeuw een belangrijk Maaslands leen, Den hof van Worffelt, mogelijk een laathof, want in 1447 wordt er een laatbank vermeld met vijf gezworenen. De leenmannen van Wurfeld behoorden tot belangrijke families: onder meer van Crouwelbos, van der Heyden, Vogels, van Voorshoven, van Mopertingen. Mogelijk hebben zij boeren aangetrokken om de zandgronden te ontginnen. Vóór 1600 lagen er acht hoeven te Wurfeld, waarvan Eendenhof een adellijk leen is, en Blokhuishof als laathof wordt aangeduid; hier lag ook de Cruysheerenhoef, eigendom van het kruisherenklooster sinds de 16de eeuw. Het kasteel van Wurfeld speelt hierbij geen rol, aangezien dit in kern slechts opklimt tot het midden van de 17de eeuw.
Het was steeds een dun bevolkt gebied: in het begin van de 20ste eeuw telde het slechts acht families.
In 1640 bouwen twee kanunniken van het kapittel van Maaseik, Willem en Jacob Croll, in Wurfeld een kapel met Sint-Laurentius als patroonheilige; deze kapel werd in 1900 afgebroken, en vervangen door de huidige kapel aan de Kapelweg. De kanunniken Croll bouwen zich in het midden van de 17de eeuw bij de kapel een klein verblijf, dat in de 20ste eeuw uitgroeit tot het huidige kasteel van Wurfeld.
Sinds 1956 is Wurfeld een parochie.
- BOONEN M., Enkele Maaseiker plaatsnamen, (Maaslandse sprokkelingen. Nova Series, 18, 1977, 50-52)
- DANIELS P., Te Wurfeld bij Maeseyck, ('t Daghet in den oosten, 8, 1892, p. 14-15).
- de FRAIPONT S. , Wurfeld, Maaseik, 1953.
- de FRAIPONT S. , Wurfeld en zijn Sint-Laurentiuskerk, Maaseik, 1962.
- de FRAIPONT Y. , Wurfeld, Maaseik, 1982.
- DROST, Stichters van de kapel van Wurfeld onder Maaseik, (Limburg, 11, 1929-30, p. 190).
- GOOLE F., De grote lenen in het Kwartier Maaseik-Stokkem en Bree, in Maaslandia, Rekem, 1984, p. 62.
- JANSSEN de LIMPENS K.J.T., Leen- en laathoven in de Maaslandse territoria voor 1795, Maastricht, 1974, p. 124.