Belangrijkste verkeersader (N43) doorheen het centrum van Harelbeke. Straat die loopt van de Gentsestraat in het centrum tot tegenaan de grens met de buurgemeente Waregem (Beveren-Leie). De straatnaam verwijst naar de functie van de steenweg als verbinding tussen onder meer Harelbeke en Gent.
De baan wordt op order van de kasselrij Kortrijk aangelegd vanaf 1716 als verbinding tussen Kortrijk en Gent. Het nieuwe tracé loopt in het verlengde van de huidige Gentsestraat (Marktstraat-Kortrijksestraat-Kortrijksesteenweg) en wordt quasi loodrecht doorgetrokken in noordoostelijke richting. Daarbij vervalt de functie van de ten noorden lopende Beversestraat als oude verbindingsweg tussen Harelbeke centrum en onder meer Beveren-Leie (Waregem). De werken in Harelbeke worden uitgevoerd door aannemer Borlieux uit Doornik. Op 6 oktober 1716 vangen de grondwerken aan. De weg is 60 voet breed en heeft een middenstrook van 20 voet bestaande uit een laag zand waarboven straatstenen worden gelegd, gestut door kantstenen in blauwsteen. De meeste bouwmaterialen worden per schip uit Noord-Frankrijk via de Leie aangevoerd. De steenweg wordt aan weerszijden beplant met lindebomen. Eerste weergave van de baan op de kaart uit het landboek van Harelbeke-buiten, opgemaakt in 1768 door landmeter Frans De Bal. De straat, omschreven als "Steenwegh van Cortryck naer Gendt", is met bomen omgeven en op enkele kleine volumes na ter hoogte van de aansluiting van de huidige Beversestraat en Deerlijksestraat onbebouwd. Ten noorden van de weg liggen de heerlijkheden Overacker en ten zuiden Oosterluys, respectievelijk met hun centrale hofstede, die tot op heden zijn bewaard (nrs. 162 en 230). Zelfde weergave op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778), en op de kaarten uit de eerste helft van de 19de eeuw, zoals de Atlas der Buurtwegen (1845) en de Atlas van Vandermaelen (1846-1854). Op de kaart van het Dépôt de la Guerre van circa 1865 wordt ten zuidwesten van de steenweg een molen weergegeven en halverwege de weg een "5e Bne". De kaart van het Militair Cartografisch Instituut (circa 1885) geeft een tweede grenspaal weer, namelijk "6e Bne", en op de noordoosthoek van de huidige Wolvenstraat een kapel. De molen is op deze kaart niet langer afgebeeld maar ter plaatse wel bebouwing. In 1893 beslist de gemeenteraad om op een perceel geschonken door weldoener Victor De Doncker, een nieuwe begraafplaats op te richten). Rond de eeuwwisseling wordt naast de nieuwe begraafplaats ook een cementen wielerbaan aangelegd, die net na de Eerste Wereldoorlog een drukke bedrijvigheid kent.
In 1901 wordt een tramlijn (buurtspoorweg) aangelegd die Kortrijk via Harelbeke verbindt met onder meer Deerlijk. De lijn loopt over de Elfde-Julistraat, Tramstraat, Kortrijksestraat, Marktstraat, Gentsestraat en een deel van de Gentsesteenweg. De spoorlijn buigt in de Gentsesteenweg ten noorden van het huidige nr. 92 opeens de velden in, in zuidoostelijke richting, doorheen het gehucht Klein Harelbeke, zo weergegeven op de kaart van het Ministerie van Openbare Werken en van Wederopbouw van 1952. De tramlijn wordt in 1931 geëlektrificeerd en in 1959 opgehoffen en het vervoer verzorgd door bussen. In 1939 laat het gemeentebestuur een nieuwe rijkswachtkazerne met bijhorende rijkswachterswoningen (nrs. 85-97) optrekken ten noorden langs de steenweg. Circa 1955 wordt de ten noorden van de begraafplaats gelegen grasvlakte, die eertijds in gebruik was als velodroom, ingepalmd door de begraafplaats die alweer kampt met plaatsgebrek. Verder in de tweede helft van de 20ste eeuw, aanleg van verschillende bedrijven met parkings tussen de historische bebouwing door en aanleg van de openbare begraafplaats rond de Oosterluisdreef. Circa 2000, aanleg van de provinciale weg N36 die loopt van Zarren naar Ronse loopt en zo de steenweg dwarst.
Brede, geasfalteerde steenweg. Afwisselend bewoning en - voornamelijk ten noorden van de N36, in het gehucht Klein Harelbeke - bedrijven met ruime parkeermogelijkheden afgewisseld met grote hedendaagse villa's in ruime tuin. Typische lintbebouwing aansluitend bij het stadscentrum, daterend uit de tweede helft van de 19de eeuw zoals nummers 120-128, kleine één- à tweelaagshuizen volgens het kadaster gebouwd in 1859 en reeds vóór 1899 gedeeltelijk gereconstrueerd in opdracht van landbouwersfamilie Delaere. Uit de eerste decennia van de 20ste eeuw lage woningen zoals nummers 108-118, volgens het kadaster daterend van 1927. Tussen nummers 23 en 25, Onze-Lieve-Vrouwkapelletje opgehangen aan de gevel; houten kastje met Onze-Lieve-Vrouwbeeld.
Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Harelbeke, Deel I: Stad Harelbeke, Deel II: Deelgemeenten Bavikhove en Hulste, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL42, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Omvat
Arbeiderswoning
Omvat
Burgerwoning
Is deel van
Harelbeke
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Gentsesteenweg [online], https://id.erfgoed.net/themas/14783 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.