Straat in het zuiden van Harelbeke, in het gehucht Stasegem en meer bepaald in Steenbrugge, lopende van Stasegemdorp naar de Oudenaardsestraat. De straat verwijst naar het gehucht Steenbrugge, dat volgens De Flou voor het eerst wordt vermeld in 1414.
Van oudsher vormt de straat een zeer belangrijke verkeersader doorheen de gemeente; ze maakt samen met het huidige Stasegemdorp, de Spinnerijstraat en de Oudenaardsestraat deel uit van de verbindingsweg tussen Kortrijk en Oudenaarde. Volgens De Flou wordt de "Audenaerdsche Weg" voor het eerst in 1517 vermeld en de "Audenaerdsche Heerstrate" in 1625. Op de hoek met de huidige Generaal Deprezstraat bevond zich voorheen het goed "Te Stasegem", een rentehoeve afhangend van de heerlijkheid Reynaertsvliete. Het goed wordt reeds in de 16de eeuw vermeld en wordt van 1580 tot het midden van de 19de eeuw bewoond door de familie Deconinck, die er in eerste instantie een landbouwbedrijf uitbaat en ten laatste vanaf 1715 ook een brouwerij opricht.
De eerste weergave van de straat komt voor op de kaart uit het landboek van Harelbeke-buiten, opgemaakt in 1768 door landmeter Frans De Bal. De straat wordt er de "Herwegh Van Cortryck naer Audenaerde" genoemd en wordt quasi zonder bebouwing afgebeeld. De noordelijke straathelft is op uitzondering van het imposante goed "Te Stasegem" niet bebouwd; dit goed wordt in 1768 omschreven als "behuysden boomgaert en de lochtingh genaemt het goed te Stasegem". Aan de zuidzijde van de straat situeren zich enkele dieperin gelegen hoeves zoals de "De Kwâpoorte" (nummer 14), goed "Veldrycke" (nummer 94) en de hoeve ter hoogte van het thans verbouwde nr. 160. Zelfde weergave op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778). Op een kaart van 1788, getekend door P. Steur, staat in de knik ter hoogte van het huidige Veldrijk de "Kapelle van Steenbrugge". Op diezelfde kaart is ook opgetekend dat de weg tussen Stasegem en Steenbrugge nog niet "gecalseyt" is, terwijl het stuk tussen Steenbrugge en de huidige grens met Deerlijk wel gekasseid is.
Volgens de literatuur wordt de weg in 1821 (verder?) geplaveid. In 1835 laat August Deconinck aan de overzijde van de weg op de hoek van de Brouwerijstraat en de Steenbrugstraat een nieuwe brouwerij optrekken. Op de Atlas der Buurtwegen (1845) wordt de straat weergegeven als "Chemin n° 1", "Grooten Audenaerdschen heirweg", met als beschrijving "Chemin de terre de Courtrai vers Audenaerde par Staseghem". Ten noorden van de straat loopt een voetweg, meer bepaald ter hoogte van de latere Tarwestraat, omschreven als "Sentier n° 44" en "Sentier du Eyckstraet au Audenardschen Heirweg", en in de knik ten zuiden van het huidige Veldrijk staat de herberg "Rooker" weergegeven. Op de kaart van het Militair Cartografisch Instituut (circa 1910) wordt het "cabaret De Rooker" nog steeds weergegeven.
Na de Tweede Wereldoorlog worden op het gehucht Steenbrugge enkele rijwoningen opgetrokken, maar vooral in de tweede helft van de 20ste eeuw kent de straat een explosieve groei van de bebouwing cf. vrij regelmatige percelering met eensgezinswoningen in een tuin.
Aansluitend verrijzen ten noorden van de straat verkavelingen met straatnamen van graansoorten. De in 1835 overgebrachte brouwerij sluit in 1969 haar deuren en de gebouwen worden vrij snel nadien gesloopt om plaats te maken voor een nieuwe verkaveling (Brouwerspark). Op de plaats van het goed "Te Stasegem" wordt in de periode 2003-2005 een appartementsgebouw met winkelruimte opgetrokken.
Thans lange straat met geasfalteerd wegdek; van oudsher vertoont de straat eerst een licht krommend tracé dat in het verlengde van de straat Veldrijk opeens een knik maakt en dan kronkelend verder loopt tot aan de spoorlijn Kortrijk-Brussel. Na de knik loopt de straat over de Pluimbeek en ter hoogte van de spoorweg over de Keibeek. De straat loopt van het centrum van Stasegem naar het landelijke gebied en wordt hoofdzakelijk ingenomen door eengezinswoningen, die deels aansluiten bij de verkavelingen te noorden ervan cf. rond de Rogge-, Spelt-, Gerst- en Tarwestraat. In beperkte mate ook nog enkele landbouwuitbatingen, die teruggaan op oudere sites. Nummer 160, gelegen op de hoek met de Iepersestraat: site die zeker opklimt tot de 18de eeuw, zie reeds aangeduid op de de kaart uit het landboek van Harelbeke-buiten, opgemaakt in 1768 door landmeter Frans De Bal, als hofstede van de weduwe en kinderen van P. Samyn. Huidig woonhuis is het resultaat van een verbouwing en vergroting van 1937 van een ouder woonhuis. Haaks op het woonhuis dubbel schuur/stalvolume, dat zeker opklimt tot het begin van de 19de eeuw.
Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Harelbeke, Deel I: Stad Harelbeke, Deel II: Deelgemeenten Bavikhove en Hulste, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL42, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Omvat
Hoeve Goed Te Velderycke
Omvat
Hoeve De Kwâpoorte
Omvat
Onze-Lieve-Vrouwkapel
Is deel van
Harelbeke
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Steenbrugstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/14842 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.