Centraal plein van Hulste, gelegen in het centrum van de voormalige dorpskern, ten noorden van de Sint-Pieterskerk (nummer 1). De benaming slaat op het plein maar ook op de smalle straat rondom de kerk. Verschillende dorpsstraten komen samen ter hoogte van het plein, met name de Brugsestraat, de Kerkstraat, de Vlietestraat, de Kasteelstraat en de Tieltsestraat. De straatnaam verwijst naar de ligging in het dorp van Hulste (voorheen De Plaats, Dorpplaats) en dateert van bij de fusie in 1977 van de gemeentes Harelbeke, Bavikhove en Hulste.
De romaanse dorpskerk wordt vermoedelijk in het midden van de 11de eeuw gebouwd zie eikenhouten balk gevonden tijdens herstellingswerken in 1852. De eerste vermelde bebouwing aan de dorpsplaats is herberg "Sint-Hubrecht" (nummer 19), die volgens de lijst van herbergen in de kasselrij Kortrijk van 1779 opgericht is in 1628. De herberg zou toen belast zijn "met thinneprijsen aen de vrije gulde van de bosseniers". In 1718 krijgt het dorpsplein er een tweede herberg bij wanneer greffier Adriaen Destoop de toestemming vraagt voor de oprichting van een herberg op de hoek van de huidige Kasteel- en Vlietestraat (nummer 20).
Op de kaart van 1750, opgemaakt door Frans De Bal, wordt aan de noordzijde van het dorpsplein reeds een aaneengesloten huizenrij weergegeven (nummers 11-18); ten zuiden van het plein bevindt zich de Sint-Pieterskerk, voorts bebouwing op de hoek met de Tieltsestraat, Kasteelstraat en Vlietestraat (nummer 19, nummer 20, nummer 2).
Schematische weergave van de dorpskern op de Tiendekaart van Hulste (circa 1760-1765); afbeelding van de Sint-Pieterskerk en twee huizen/herbergen aan de overzijde van het dorpsplein.
Op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778), wordt voor het eerst bebouwing (nummer 3) weergegeven ten zuiden van de Sint-Pieterskerk. De dorpskern wordt door Ferraris grotendeels omringd door de Hazebeek en ook door het nog bewaarde zijtracé, dat vertrekt vanaf de hoek met de Brugsestraat en ongeveer evenwijdig loopt met de Hazebeek (nummer 8). In 1778-1783 wordt de romaanse dorpskerk vergroot en herbouwd naar de plannen van bouwmeester Judocus Steyt uit Kortrijk. Met de herbouwing wordt het kerkgebouw 180 graden gedraaid, waardoor het koor wordt aangepast als portaal. Het kerkhof met kerkhofmuur bevindt zich op dat ogenblik aan de noordzijde van de kerk, zie foto van circa 1900. Op het primitief kadasterplan (circa 1830) wordt de dorpskern aangeduid als "Village de hulste"; weergave van de oudere, omwalde pastorie ten zuiden van de kerk (nummer 3). De Atlas der Buurtwegen (1845) maakt een onderscheid tussen het dorpsplein ten noorden van de kerk en de smalle weg rondom de kerk. Het dorpsplein vormt samen met de Vlietestraat en de Brugsestraat een doorlopend tracé dat wordt weergegeven als "Lendelede of Brugstraet" met als aanduiding "Chemin n° 3" en omschrijving "Grand Chemin d'Hulste à Lendelede". Op het gereduceerd kadasterplan (1853) weergave van de kerk van circa 1780 met ten noorden het dorpsplein en ten zuiden de omwalde pastorie. Deze pastorie wordt echter in 1866 herbouwd wat gepaard gaat met het dempen van de omgevende gracht en de moerassen aan de zuidoostkant van de tuin.
Op het einde van de 19de en het begin van de 20ste eeuw telt de dorpsplaats zijn hoogste aantal herbergen: "Den Arend" (nummer 2), "Klakke Kruiskens" (nummer 10), de herberg op de hoek met de Brugsestraat in het interbellum genaamd "'t Paradijs" (nummer 11), "De Gouden Kloef" (nummer 13), "Café de la Poste" (nummer 14), "De Klokke" (nummer 15) en "Het Oud Gemeentehuis" (nummer 20). Vanaf 1890 tot na de Tweede Wereldoorlog wordt het gemeentehuis van Hulste ondergebracht in de herberg "Het Gemeentehuis" (nummer 19).
Op 15 januari 1904 geeft koning Albert I de toelating tot afbraak van de Sint-Pieterskerk (nummer 1). De nieuwe dorpskerk met omgevend kerkhof wordt in 1904-1906 gebouwd naar de ontwerpplannen van architect Jules Carette uit Kortrijk.
In de eerste helft van de 20ste eeuw is Hulstedorp nog een gekasseide weg. Oude prentkaarten uit de eerste helft van de 20ste eeuw tonen een gekasseid plein met aan de zuidzijde de kerkhofmuur en aan de noordzijde lage dorpswoningen en woningen van twee bouwlagen. In 1952 verdwijnt het kerkhof aan de noordkant van de kerk en pas in 1964 aan de zuidzijde. Vanaf dan worden de overledenen begraven op de nieuwe begraafplaats langs de Tieltsestraat. Circa 1999 wordt herberg "Het Gemeentehuis" op de hoek met de Tieltsestraat en de Kasteelstraat, waarvan circa 1890 tot na de Tweede Wereldoorlog het gemeentehuis was ondergebracht, gesloopt (afbraakwerken in 2000-2002). In 2005 wordt Hulstedorp heraangelegd (onder meer voetpaden met rode klinkers).
Geasfalteerde straat, voetpaden sinds 2005 aangelegd met rode klinkers. Ten westen van de Sint-Pieterskerk ligt een recent aangelegde parking. De noordzijde van straat wordt gekenmerkt door hoofdzakelijk 19de-eeuwse dorpsbebouwing van twee bouwlagen (enkel nummer 13 behoudt het oorspronkelijke éénlaags volume), met nog steeds aanwezigheid van herbergen (nummer 14, nummer 20). De pastorie (nummer 3)met bijhorende tuin op de hoek van de Kerkstraat domineert het straatgedeelte ten zuiden van de Sint-Pieterskerk.
De 18de-eeuwse dorpsbebouwing is slechts uitzonderlijk bewaard (nummer 20). In het laatste kwart van de 19de eeuw worden verscheidene (lage) dorpswoningen herbouwd (nummer 2, nummer 8, nummer 12). Enkele woningen worden in die periode volgens het kadaster gedeeltelijk gereconstrueerd (nr. 11), zoals nr. 13: voormalige herberg "De Gouden Kloef", thans herberg "'t Kloefke". De woning, die reeds weergegeven wordt op de kaart van 1750, opgemaakt door Frans De Bal, wordt volgens het kadaster vóór 1860 vergroot en in 1882 gedeeltelijk gereconstrueerd. De woning is bij de gedeeltelijke reconstructie eigendom van de kerkfabriek van Hulste (pachter schoenmaker Leonard Wallaert). In 1891 wordt er de herberg "De Gouden Kloef" ondergebracht, uitgebaat door klompenmaker Petrus Ottevaere. In 1960 verkoopt de kerkfabriek van Hulste de herberg aan brouwer Gentiel Maelfait uit Kuurne en registreert het kadaster opnieuw een vergroting. Bewaard eenlaags volume onder leien zadeldak, gerenoveerd met onder meer nieuwe dakvensters (oorspronkelijk één centrale) en vernieuwd houtwerk. Nummers 8-9, deels verbouwde dorpswoningen gelegen ten westen van de parking naast de kerk; eerste weergave op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778), en volgens het kadaster gereconstrueerd in 1900 door boekhandelaar Jacob Delaere.
Voorts wordt de noordelijke wand van het dorpsplein verder gewijzigd in de tweede helft van de 20ste eeuw met de afbraak van enkele lage dorpswoningen (nummers 15-19) en de 17de-eeuwse herberg "Het Gemeentehuis" (nummer 19). Nummer 14, restaurant "Restro-Daan", hoger opgetrokken pand uit het begin van de 21ste eeuw zie bouwaanvraag van 2002 getekend door architectenbureau de Hullu & partners uit Harelbeke. Rijwoning met hedendaagse vormgeving opgebouwd op L-vormig gronplan achter nummer 13; transparante gevel gevat in omkadering van arduin. Zijgevels, achtergevel en zadeldak bedekt met metaalplaten.
Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Harelbeke, Deel I: Stad Harelbeke, Deel II: Deelgemeenten Bavikhove en Hulste, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL42, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Omvat
Burgerhuis
Omvat
Burgerhuis
Omvat
Dorpswoning
Omvat
Dorpswoning
Omvat
Herberg Oud Gemeentehuis
Omvat
Hoekhuis
Omvat
Pastorie met tuin
Is deel van
Hulste
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hulstedorp [online], https://id.erfgoed.net/themas/14892 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.