Straat in het westen van Hulste. Doodlopende straat vertrekkende aan de oostzijde van de Ginstestraat en lopende in zuidoostelijke richting. Straat genoemd naar de Lampernisse, een wijk en meers te Hulste die volgens De Flou voor het eerst vermeld worden in 1846. De straatnaam verwijst ook naar de Lampernissebeek wiens verloop de straat deels volgt. De beek wordt volgens De Flou voor het eerst vermeld in 1843.
Nog niet weergegeven op het primitief kadasterplan (circa 1830). Eerste weergave op Atlas der Buurtwegen (1845) en de Atlas Vandermaelen (1846-1854); de straat volgt er het verloop van de Lampernissebeek tussen de huidige Ginstestraat en de Absulstraat, weergave van enkele verspreide hoeves. Op de Atlas der Buurtwegen wordt de straat weergegeven als "Lampernissevoetweg" met als aanduiding "Sentier n° 17" en omschrijving "Sentier du Kulsstraet au Absulstraet, longeant le ruisseau".
Landelijke, geasfalteerde straat met verspreid gelegen klein, 19de-eeuwse hoevetje (nrs. 12-14).
DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Deel IX, Brugge, 1929, kolommen 70, 75, 77-78.
Straatnamen Harelbeke van a tot z, Harelbeke, 2002, p. 39.
Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Harelbeke, Deel I: Stad Harelbeke, Deel II: Deelgemeenten Bavikhove en Hulste, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL42, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)