Verbindingsstraat tussen de Leenmolenstraat en de Beernemsteenweg. De straatnaam wordt voor het eerst vermeld in 1797. In een overlijdensakte van Louis de Graeve staat geschreven "...dat den gemelden Louis de graeve eergisteren zesden Brumaire (ans 5) ten thien ure voor middag is gestorven in het huijs van zijne moeder staende in den Cosynhoek". We kunnen vermoeden dat het woord 'kozijn' verwijst naar een familieverband. Een andere mogelijke verklaring zou duiden op bewoners die te lijden hadden van 'de kozijntjes', of voetjicht, en dit door overmatig drankgebruik.

Oorspronkelijk een schaars bebouwde straat. De enige bebouwing was lang de hoeve "Ter Vloet" (nummer 8). Op de kaart van Ferraris (1770-1778) is de straat nog niet weergegeven. De omwalde hoeve "Ter Vloet" was toegankelijk via een oprijlaan beginnend bij de Beernemsteenweg. In de Atlas der Buurtwegen (circa 1843) is de straat met huidig tracé weergegeven. Opvallende aanwezigheid van de omwalde hoeve "Ter Vloet".

De omliggende gronden van de hoeve "Ter Vloet" werden verkaveld. De Tijl- en Nelestraat en de straat Ter Vloet maken deel uit van de nieuwe verkaveling.