Geografisch thema

Jan-Pieter Minckelerstraat

ID
15128
URI
https://id.erfgoed.net/themas/15128

Beschrijving

Lange straat met recht tracé, vertrekkend in de Diestsestraat en eindigend aan de Vaartstraat. Reeds geciteerd in 1338 en voorheen gekend als "Coelhem" of "Quoniam", die de vroegere "Sint-Mertensbeemden" of weiden doorkruiste van de in 1408 nabij gestichte voormalige Priorij van Sint-Maartensdal, later omgevormd tot kazerne (zie Sint- Maartensstraat).

Eertijds eindigde deze straat vóór de Kardinaalstraat. Via een overbrugging over de Leybeek werd het tracé in de jaren 1855 verlengd tot de Vaartstraat: vanaf dan stond dit gedeelte bekend als de "Gasstraat", naar de eerste Leuvense gasfabriek die hier door particulieren aan pare zijde, ter hoogte van de Vaartstraat, in 1834 werd opgericht en na overname door de Stad in 1905 verhuisde naar de Vaart te Wilsele. Bij Collegebesluit van 1908 werd de straat over haar volledige lengte vernoemd naar Jan Pieter Minckelers (Maastricht 1748-1824 die te Leuven aan de Pedagogie de Valk (Tiensestraat) zijn studies in de filosofie beëindigde, er van 1771 tot 1788 professor in de fysica was, en in 1783 als adjunct van professor F.J. Thysbaert in het laboratorium voor experimentele fysica aan de Artesfaculteit (Leopold Vanderkelenstraat) het steenkoolgas ontdekte en zijn toepassing voor verlichting. Vóór Wereldoorlog I was deze straat nog overwegend bebouwd met 19de- en begin 20ste-eeuwse arbeiderswoningen - veelal bescheiden - en ook ruimere rij- en burgerhuizen met karakteristiek gelijnde gevelopbouw in gecombineerde materialen, thans nog vertegenwoordigd door de vrij homogene en kleurrijke gevelwanden in de tweede straathelft.

Verder was het beeld mede bepaald door een aantal industriële vestigingen: onder meer de voormalige brouwerij en mouterij "De Eendracht", van 1904-1905 tot circa 1974 ingeplant ter hoogte van de Tweewatersstraat (voorheen Dijlestraat); in het straateinde was - ter plaatse van het huidige parkeerterrein - eertijds een zeepziederij gevestigd die na Wereldoorlog II werd heropgebouwd (1946) en hogerop stond de Gasfabriek waar later, in 1931 een spiegelfabriek werd opgericht dat in 1944 zwaar werd beschadigd.

Ter hoogte van Diestsestraat bevond zich ook het aloude, reeds in 1548 vermelde "Kinnebackstraetien", later zogenaamd "Helmgang" waarin in 1853 en 1874 respectievelijk de "Beemdengang" en "Wellensgang" werden opgericht, en die vanaf 1899 werden gesupprimeerd en geïncorporeerd in de uitbreidingen van het Miniemeninstituut (Diestsestraat nr. 163).

Op de voornoemde basisbebouwing na, vertoont het bebouwingsbeeld heden in de rest van de straat heden een vrij heterogeen karakter. Bepalend in de eerste helft zijn voornamelijk een aantal panden in historiserende wederopbouwstijl van na de Eerste Wereldoorlog, en waarvan de meer afgezwakte versies - al dan niet met latere aanpassingen - onder meer vertegenwoordigd zijn door nummer 42 (1922, architect A. Devos; verwant aan de reeks nummers 28 tot 34), de meer neotraditioneel opgevatte nummers 36-40 (1920, architect G. Decock) en het expressief gelijnde nummer 44 (1921, architect E.(?) Mispelter). Voorts dateren een ruim aantal panden uit de jaren 1940-1950 - waaronder diverse hersteld of wederopgebouwd na Wereldoorlog II -, aan onpare zijde voornamelijk gesitueerd in het straatbegin en ter hoogte van de Kardinaalstraat, aan pare zijde in de omgeving van de J.-B. Van Monsstraat en Strijdersstraat. Zie nummers 29-31 (1946, architect J. Malu; met inmiddels aangepaste begane grond), hoekpand met de Jean-Baptiste Van Monsstraat nummer 48 (1955, architect L. Hublé; met nog grosso modo behouden initiële functie op de begane grond), nummers 78-84, een woon- en handels-/industriecomplex met kantoor- en magazijnen getypeerd door bandramen, patrijspoorten, geprononceerde luifels en loskades en perrons met buisrelingen (in 1957-1958 aangepast en uitgebreid door architect J. Maloens). Aan onpare zijde wordt de rijbebouwing onder meer onderbroken door het gespreide urbanistisch ensemble van Sint-Maartensdal (1960-1970, architecten R. Braem, in samenwerking met De Mol en Moerkerke) - ter plaatse van de gesloopte voormalige Sint-Maartenskazerne – (Sint-Maartensdal) en door het sociale woonblok "Residentie De Dijle" (1971, architect L. Peeters). Verderop huisvest pand nr. 115 de Leuvense vrijmetselaarsloge "La Constance" die in 1807 werd opgericht en in 1808 erkend door het Groot-Oosten van Frankrijk: het complex werd in 1908 opgetrokken door de Brusselse "Société Cooperative Confiance et Solidarité" naar ontwerp van architect F. Vandeput; in 1933 overgedragen aan de vzw La Constance werd het pand na teisteringen tijdens Wereldoorlog II in 1947 wederopgebouwd door architect V. Rosseels.

  • Stadsarchief Leuven, Modern Archief, doss. 65219 (bouwverg. 26.05.1904); doss. 104148 (bouwverg. 09.03.1946); doss. 80531 (bouwverg. 17.07.1922); doss. 79520 (bouwverg. 16.04. 1920); doss. 79860 (bouwverg. 31.01.1921); doss. 103772 (bouwverg. 07.01.1946); doss. 112047 (bouwverg. 23.05.1955); doss. 113749 (bouwverg. 14.08.1957 en 8 en 29.01. 1958); doss. 121512 (bouwverg. 11.02.1971); doss. 70054 (bouwverg. 11.06.1908) en doss. 104619 (bouwverg. 24.01.1947).

 

  • DE COOMAN M., De Leuvense gangen, onuitgegeven licentiaatverhandeling K.U.Leuven, 1980, p. 63-64.
  • LAMBERTS E., ROEGIERS J. (o.l.v.), De universiteit te Leuven 1425-1885, Leuven, 1988, p. 241-244.
  • MEULEMANS A., Oude Leuvense straten en huizen. De Diestsestraat, in Mededelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring van Leuven en omgeving, dl. 10/2, Leuven, 1970, p. 183.
  • PEETERS M., Gids voor oud Leuven, Antwerpen, 1983, p. 82, 157.
  • PEETERS M., De vrijmetselarij te Leuven, in Jaarboek van de Geschied- en Oudheidkundige Kring voor Leuven en omgeving, deel 29, 1989, p. 20-25.
  • UYTTERHOEVEN R., Leuven, Bierstad door de eeuwen heen, Kessel-Lo, 1983, figuur 37.
  • UYTTERHOEVEN R., Leuven weleer. 1. Langs bekende handelsstraten naar Sinte-Geertrui en Tempelhof, Leuven, 1985, figuren 39a-b, 67a.
  • VAN BUYTEN L. (o.l.v.), 550 Jaar universiteit te Leuven, 1425-1975, (tentoonstellingscatalogus), Lembeke, 1976, p. 106-107.
  • VAN EVEN E., Louvain dans le passé et dans le présent, Leuven, 1895, p. 201.

Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Arbeidershuizen en stadswoningen

  • Omvat
    Burgerhuizen

  • Omvat
    Gekoppelde burgerhuizen

  • Omvat
    Hoekpand en stadswoningen

  • Omvat
    Hoogbouwwijk Sint-Maartensdal

  • Omvat
    Stadswoning naar ontwerp van J. Goyers

  • Omvat
    Stadswoningen

  • Omvat
    Vrijstaande woning van 1915

  • Omvat
    Wederopbouwstadswoningen

  • Is deel van
    Leuven


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Jan-Pieter Minckelerstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/15128 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.