Landelijke weg met geknikt verloop die van de Burgerleenstraat tot de Oude Heirweg loopt. De Ferrariskaart (1770-1778) vermeldt het toponiem "'t Hooghe Wielken Cabaret". Het tracé wordt er nog weergegeven als voetpad zonder bebouwing. In de Atlas der Buurtwegen (1846) wordt reeds het huidige tracé afgebeeld, vermeld als "Hoog Wielken straet" en omschreven als "Chemin de celui dit: Hoog Beverenstraet au cabaret dit: Hoog wielken". Op een gemeentelijk kaartje in de publicatie "Dit is West-Vlaanderen" (1960) aangeduid als grind- of tarmacweg.
Zogenaamd naar gelijknamige hofstede, oud leengoed en herberg in Lichtervelde op de grens met Koolskamp. Volgens De Flou een eerste maal vermeldt in 1558, als "'t Hooghe Wielken", het renteboek van Ayshove uit 1566 maakt melding van "voorbij het oude wielken, totdat men comt aen de herberghe genaemt het hooghewielken, eertijds genaemt de schaepscheure".
Voornamelijk woon- en agrarische functie. Enkele vrijstaande verspreide woningen uit de tweede helft 20ste eeuw op een oudere site, zie Atlas der buurtwegen (1846), onder meer nummer 3 met woonhuis uit de jaren 1960-1970 met ouder stalletje onder getoogde muuropeningen, nummer 7, woonhuis uit derde kwart 20ste eeuw. Solitaire eik aan de zuidzijde van de straat tussen nummers 3 en 7.
- DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Deel IV, Brugge, 1926, kolom 461.
- DENDOOVEN L., Dit is West-Vlaanderen. Steden, gemeenten, bevolking, 1960, p. 799.