Korte rechte straat die loopt van de Tieltsestraat tot de Alidor Lamotestraat. Op de Atlas der Buurtwegen (1846) is de straat een onderdeel van de "Molen wegel" die wordt beschreven als "Sentier de la forge de Van Maercke à la ferme Vande Casteele". Straat genoemd naar de in 1827 in opdracht van molenaar Johan Van Canneyt opgerichte korenmolen en daarom ook "Canneytsmolen" genoemd. Reeds circa 1891 wordt de houten staakmolen ten oosten van nummer 4 afgebroken door Eduard de Mûelenaere, tevens eigenaar van de "Plaatsmolen" (Molenstraat), om zo de concurrentie te beperken.
Op een gemeentelijk kaartje in de publicatie "Dit is West-Vlaanderen" (1960) al aangeduid als grind- of tarmacweg. Op de hoek met de Tieltsestraat waar in de 18de eeuw een kapel staat, wordt in de 19de eeuw een wegkruis opgehangen (zie Tieltsestraat).
Voornamelijk woonfunctie. Nummer 4, restant van molenaarssite. De "Canneytsmolen" wordt in 1827 bij een reeds bestaande hoeve opgetrokken in opdracht van molenaar Johan Van Canneyt. Sterk verbouwd schuurvolume in oranjerode baksteen met nieuw woonhuis.
DENDOOVEN L., Dit is West-Vlaanderen. Steden, gemeenten, bevolking, 1960, p. 799.
[VERVENNE A.], Oude hoeven en hun bewoners te Koolskamp, Ardooie, 1997, p. 63.
Bron: SANTY P. & BOONE B., met medewerking van CALLAERT G. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Ardooie, deelgemeente Koolskamp, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL44, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Santy, Pieter; Boone, Benjamin Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)