Straat met kaarsrecht tracé die de Korkentapstraat verbindt met de gemeentegrens met Zevekote (Gistel) waar de weg verder loopt tot in de dorpskern. Huidige naamgeving gaat minimaal terug op het primitief kadasterplan (circa 1834) en is vermoedelijk afkomstig van de "spaerx weg" die voor het eerst wordt vermeld in 1345 en in 1466 reeds als "sperxwech". Mogelijk verwijst dit naar 'spier' of turfgras. De straat is reeds weergegeven op de Grote Kaart van het Brugse Vrije door Pieter Pourbus (1571) gekopieerd door Pieter Claeissens (1601) als een rechte, onbebouwde weg met een parallelle gracht. Zelfde weergave op de Ferrariskaart (1770-1778), namelijk een onbebouwde, onverharde weg doorheen weilanden. Op de Atlas der Buurtwegen (circa 1846) is er voor het eerst bebouwing opgetekend. Die bestaat uit drie kleine haaks ingeplante arbeidershuisjes, een haakse tweewoonst langsheen de weg en twee achteringelegen hoeves. De ene hoeve "ferme Albrecht" bestaat uit een woonhuis met geïntegreerd landgebouw en een klein vrijstaand nutsgebouwtje, de andere hoeve "ferme Dejonghe" is afgebeeld als een tweeledig volume. De straat zelf wordt er aangeduid als "pavé de Dixmude à Bruges à Zevecote dit Speresweg".

Ook vandaag wordt het straatbeeld nog bepaald door de weilanden en akkers. Nummer 5 gaat terug op de hoevesite "Albrecht" van 1846, maar is heden grondig verbouwd.