Lange, licht bochtige weg die de dorpskern van Aartrijke zuidwaarts verbindt met Torhout en op grondgebied Torhout als Aartrijkestraat wordt verdergezet. De straat kruist de Moubeek ter hoogte van de Moubekestraat.
De straat behoort tot het historisch stratenpatroon van de gemeente. Het zuidelijk gedeelte van de weg (ten zuiden van de Moubekestraat) maakt oorspronkelijk deel uit van een oude verbindingsweg tussen Brugge en Torhout ("thouroutschen brugghewegh" of "Wijnendaelschen heerwegh"), waar ook de Moubekestraat deel van uitmaakt (zie Torhoutsesteenweg). Het tracé staat afgebeeld op de Grote Kaart van het Brugse Vrije door Pieter Pourbus (1571) gekopieerd door Pieter Claeissens (1601). Volgens een ommeloper van 1696 "Mauwestraat" genoemd. Deze maakt de verbinding tussen de dorpskern en de "thouroutschen brugghewegh" of "Wijnendaelschen heerwegh" en is genoemd naar hofstede en herberg "De Mauwe" (Moubekestraat nummer 11). De ommeloper vermeldt het gebied zogenaamd de "Laecke" ten oosten van de straat gelegen. Het eerste straatdeel heette vroeger "Couterstraete", verwijzend naar een kouter- of akkergebied of "Kerckwech van Zuuthem". Op de Ferrariskaart (1770-1778) loopt het middelste deel van de weg als een wegel door "Den Laeckenbosch".
In 1783 wordt een figuratieve kaart opgemaakt van de "mauwe straete ofte thouroutwegh, leedende van het dorp zuijdt ende zuijtoostwaert op, tot inden Wijnendaelschen heerwegh leedende naer de stadt Brugghe". Deze kaart wordt opgemaakt ten gevolge van een klacht van de gebruikers die wijzen op de onberijdbaarheid van de weg voor paard en kar. De Mauwestraat is immers geen 'schouwstraat' en dus niet onderhevig aan regelmatige straatschouwingen. Het eerste gedeelte, tot aan de hofstede van Pieter Anica (ter hoogte van nummer 85), is in de winter onbruikbaar. Het tweede gedeelte, vanaf de genoemde hofstede tot aan de "wijnendaelschen heer ofte brugghewegh", is op verscheidene plaatsen toegegroeid met "taillie hout". Op de Ferrariskaart is dit tweede deel van de weg dan ook enkel als wegel terug te vinden.
Tijdens de Franse overheersing staat de straat bekend als "Rue de Manche". Op de Atlas der Buurtwegen (circa 1844) volgt de Aartrijksestraat gedeeltelijk het tracé van drie wegen. Van noord naar zuid: Chemin n° 10, "Nieuwstraet. Weg van Aertrycke naer de Mauwestraet", Chemin n° 14, "Mouwestraet. Servitudeweg van de Nieuwstraet naer de Molbekestraet aen de Waterleiding van de Moubeke" en vanaf de Moubekestraat het zuidelijk deel van Chemin n° 3, "Molbekestraet. Groote weg van Thourout naer Brugge passerende door de Gemeente Aertrycke langs de Herberg de Berkenhage". Ter hoogte van nummer 110 vertrekt een voetwegel beschreven als Chemin n° 22, "Thouroutwegel. Voetweg van Aertrycke naer Thourout". Deze wegel is tegenwoordig gedeeltelijk opgenomen in de Hoge Rokersstraat die zuidwaarts aansluit bij de Aartrijksestraat. In de tweede helft van de 19de eeuw willen de gemeentebesturen van Aartrijke en Torhout een betere verbinding tussen de beide gemeenten realiseren. Er wordt in 1861 geopteerd om via een bestaande wegel (of servitude) een volwaardige verbindingsweg aan te leggen in veldsteen, deze wordt pas gekasseid in 1897 en het wegdek wordt in 1950-1955 vervangen door een betonlaag.
Op de Ferrariskaart afgebeeld met dichte bebouwing in de dorpskern. Verder zuidwaarts met enkele landerijen onder meer ter hoogte van nummer 77, de weg loopt verder als landwegel met aanpalende akkers door "Den Laeckenbosch". Nagenoeg dezelfde situatie op de Vandermaelenkaart (circa 1850), van het bosgebied zijn heden nog slechts enkele fragmenten bewaard.
Reeds vóór 1830 tot circa 1900 aanwezigheid van een houten molen, de zogenaamd "Termotes molen" of "Stampkotmolen" ongeveer op de zuidelijke hoek met de Hendrik Baekelandlaan. Deze zou zijn opgericht circa 1790 op een perceel gelegen op de zuidelijke hoek van de Aartrijksestraat en "den houden ghentwech", volgens de literatuur gekend als "'t lappershof". Op een figuratieve kaart van 1783 is hier bebouwing afgebeeld. De eigenaar is Pieter de Sopper. Mogelijk bedoelt men dus Soppershof. Op dezelfde kaart is "den ouden gentwegh verduystert" afgebeeld, ongeveer vanaf de zuidelijke hoek met de Hendrik Baekelandlaan in zuidoostelijke richting tot aan het huidige nummer 65, waar de straat een bocht maakt in oostelijke richting. Het verder verloop is niet afgebeeld, maar deze straat zou op dat ogenblik reeds zijn verduisterd of in onbruik zijn geraakt. De molen staat nog op de Atlas der Buurtwegen (circa 1844), maar niet meer op de Ph. Vandermaelenkaart (circa 1850).
Woonstraat waarvan de oudste bebouwing teruggaat tot de 18de eeuw (nummer 65). Concentratie van bewoning in de dorpskern en tegen de grens met Torhout. Rijwoningen en buiten de dorpskom halfvrijstaande of vrijstaande woningen waarvan de oudste dateert uit het einde van de 19de eeuw (nummer 6). Enkele lage woningen zoals nummer 56, nummer 58 (met nieuw parement), nummers 106-108 (nummer 106 met herbergfunctie zie afgeschuinde hoektravee), nummer 125, nummers 167-169, nummer 191. Voorts huizen uit de tweede helft van de 20ste eeuw en een paar appartementsgebouwen. Tussen de Aartrijksestraat en de Steenstraat bevinden zich enkele recente verkavelingen.
Buiten de dorpskern, in landelijk gebied enkele boerenarbeiderswoningen daterend uit de tweede helft van de 19de eeuw of circa 1900 (nummer 85, nummer 137). Nummer 85 gaat terug op een oudere hoeve, afgebeeld op de Ferrariskaart en op een figuratieve kaart uit 1783.
Nummer 127 is een historische hoeve, afgebeeld op de Ferrariskaart met een dreef vanaf de Moubekestraat en een tweede toegang vanaf de Ossebilkstraat. Heden met vernieuwd woonhuis. Het bewaarde, oude woonhuis, met laat 19de-eeuwse gevel en siercementering van circa 1920 is zwaar aangepast. De hoeve nummer 189 heeft een nieuw woonhuis en een bewaarde schuur met jaartal "1872".
In 1765 wordt ter hoogte van huidig nummer 7 een nieuwe pastorie opgetrokken ter vervanging van de oude op de hoek van de Brugse Heirweg en de Professor Nelisstraat. Het gaat om een gebouw in 'Franse' stijl onder gemansardeerd zadeldak. Het rijksarchief te Brugge bewaart de volledige plannen en beschrijving van de op te trekken gebouwen. Het gebouw wordt afgebroken in 1968 en vervangen door een nieuwe pastorie op dezelfde locatie.
Socioculturele functie zie centrum "JONKHOVE" (nummer 9) met sportzaal, sportveld, bibliotheek en jeugdlokalen (sedert 1965). Gebouwen gegroepeerd rond een parking en park, laatstgenoemde is een restant van de pastorietuin met nog enkele oude bomen (eik, linde, rode beuk, pseudoacacia, kastanje). Nummer 11 (jaren 1940) op de hoek met de Hendrik Baekelandlaan dient als conciërgewoning. Psychosociale functie zie nummer 77 (VZW "Engelbewaarder").
Een K.M.O.-zone zogenaamd "Laekebos" herinnert aan het verdwenen bosgebied zie Ferrariskaart. Ten noorden ervan loopt een aftakking van de straat als veldwegel naar de Ossebilkstraat en met dalend verloop naar de vallei van de Wildebeek.
In de Landschapsatlas (versie 1.0, AROHM 2001) is te zien dat de straat gedeeltelijk loopt door de relictzone "Vallei van de Moubeek", waarbinnen de Moubeek als lijnrelict opgenomen is.
Bron: VAN VLAENDEREN P. & VRANCKX M. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Zedelgem met deelgemeenten Aartrijke, Loppem en Veldegem, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL47, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Van Vlaenderen, Patricia; Vranckx, Martien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Omvat
Arbeiderswoning
Omvat
Burgerhuis
Omvat
Burgerhuis
Omvat
Burgerhuis
Omvat
Burgerhuis
Omvat
Burgerhuis
Omvat
Burgerhuis van 1926
Omvat
Dorpswoning
Omvat
Hoeve Ter Laekebos
Omvat
Kloosterhospitaal
Omvat
Villa
Is deel van
Aartrijke
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Aartrijksestraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/15841 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Gemeente Zedelgem
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.