Landelijke weg die kort op Egems grondgebied loopt, vertrekkend aan de Brugsesteenweg en in een bocht van ongeveer 90° onder dezelfde naam verder lopend op Pittem om aldaar ten oosten aansluiting te vinden op de Egemsebinnenweg.

Het begin van de Hoogrokersstraat met west-oost gericht tracé maakte in het verleden deel uit van de "Kleine Rijnstraat" (1824, 1862), ook "Kleine Rynckstraat" (1824) of "Kleine Rinckstraat" (1845, Atlas der Buurtwegen) genoemd, die vanaf de Brugsesteenweg voorbij het "Goed te Groenendale" naar de Egemsebinnenweg liep. In 1658 vermeld als "Groenendaalstraatje" en in 1729 omschreven als straat die "van het goet Groendaele naer Eeghemplatse gaet". Straat thans verdwenen met uitzondering van het westelijk deel dat na de fusie is opgenomen bij de Hoogrokersstraat die hoofdzakelijk op Pittems grondgebied loopt, oorspronkelijk "Baafstraat" die vanaf Pittem naar Egemkapelle liep maar noordelijk deel gesupprimeerd door aanleg van de Brugsesteenweg circa 1750, zie noordelijk deel nog afgebeeld in het landboek van Egem van 1725 maar niet meer op de Ferrariskaart (1770-1778). In de Atlas der Buurtwegen (1845) "Blekerijstraet" geheten, naar de gelijknamige hoeve langs deze straat op Pittems grondgebied, en omschreven als "Chemin de celui dit Klyne Rinckstraet vers Pitthem".

Eén hoeve, "ter Groenendale" (nummer 9), in geschiedenis minimaal opklimmend tot het eerste kwart van de 16de eeuw en voorheen omwald. Het leengoed was lang in bezit van de familie Van de Ma(el)e en werd op het einde van de 17de eeuw eigendom van de latere baljuw Wouter Dujardin. Hoeve bereikbaar via erfoprit in het verlengde van het eerste deel van de straat. Toegang via ijzeren hek tussen vernieuwde bakstenen pijlers met getraliede rondbogige kapelnis waarin beeld van Onze-Lieve-Vrouw. Aan westzijde van het perceel een schuur onder zadeldak met vernieuwde opengewerkte erfgevel. Zuidelijke zijgevel met gedichte muuropeningen (getoogd en oculus). Nieuw woonhuis ter vervanging van éénlaagse bakstenen woning van zeven traveeën onder overkragend zadeldak in stro boven gekartelde bebording, in 1966 nog opengewerkt door ramen met kleine roedeverdeling.