Vertrekt in de noordwestelijke hoek van de Grote Markt en loopt in westelijke richting tot aan de watertoren. Eertijds burchtcomplex en bijhorende warande ten zuiden afgesloten door een weg, deels (thans ongeveer tussen de Sint-Antoniusstraat en de watertoren) een lindedreef, zogenaamd "de Perrink"; nagenoeg op dit tracé werd een straat aangelegd, tot in de 19de eeuw zogenaamd "den Houten Haspel".

Reeds in de 16de eeuw sprake van woningen; volgens de Ferrariskaart (circa 1775) de eerste woningen aan de zuidzijde, ongeveer tot aan de steeg tussen de nummers 23-29; in 1840 gekasseid; noordzijde circa midden 19de eeuw bebouwd tot ongeveer de Broedersstraat; pas met de verkaveling van de kasteelwarande circa vierde kwart van de 19de eeuw bebouwing aan deze zijde voortgezet; tegen eind 19de-eeuwse straat quasi volledig bebouwd; naar de watertoren toe bebouwing uit het vierde kwart van de 19de eeuw en het eerste kwart van de 20ste eeuw onder meer de nummers 97, 99-101.

Nog vrij homogeen straatbeeld namelijk reeksen eenheidsbebouwing van 19de-eeuwse burger- en herenhuizen, overwegend sterk aangepast en/of verbouwd op de begane grond. Nummer 95 met houten winkelpui, geritmeerd door pilasters onder kroonlijst.