Het oude Groot en Klein Meerhem, respectievelijk het huidige Meerhem en de Justus de Harduwijnlaan, behielden op de linkerstraatwand enkele oudere kernen onder meer nummers 43-45, 191-193, 19de-eeuwse huizen als nummers 161 tot 167 en beluiken. De rechtse straatwand werd op de gedempte vaart aangelegd en gedeeltelijk bebouwd met dezelfde doorsnee-architectuur. 16de- en 17de-eeuwse achterbouwen met trapgevel, behorende bij huizen van de Sleepstraat bleven behouden op oude rooilijn. Vermeldenswaardig in Meerhem zijn de beluiken, tot stand gekomen tussen 1830 en 1860 en bij het saneren van de wijk begin twintigste eeuw gerespecteerd.
Nummers 5 tot 27. Pleinbeluik waarvan de oorspronkelijke overbouwde toegang circa 1912 opengebroken werd tot de huidige open toegang, afgesloten door hardstenen paaltje. Gekasseide binnenkoer, met gemeenschappelijke toiletten in zuidelijke en oostelijke hoek, op de plaats van twee eveneens circa 1912 gesloopte woningen. De huizen nummers 5 tot 27 werden in 1836 opgericht, de huizen nummers 19-23 dateren van 1847: nummers 25-27 gaan terug op een oudere kern, welke eveneens in 1847 opgesplitst en verbouwd werd. Huizen van twee bouwlagen, twee traveeën met spiegelbeeldschema, onder mansardedak (Vlaamse pannen). Openingen onder strekse boog, met hardstenen dorpel op de gelijkvloerse verdieping en tegels als dorpels op eerste bovenverdieping; de woningen nummer 25-27 bezitten echter vensters onder houten latei en deuren met bovenlicht.
Nummers 55-85 (huidige nummers 5-23). Pleinbeluik met lange smalle en deels overbouwde toegang, gebouwd in 1843. Geplaveid binnenplein, doch met aarden middendeel; gemeenschappelijke toiletten rechts en kraan links van toegang. De vorm van het beluik spruit voort uit deze van een vroegere lusttuin van een in binnenblok gelegen woonhuis (nummers 71-73). Het rechterdeel van laatst genoemde werd in het beluik geïncorporeerd; het linkerdeel werd gesloopt om een toegang te voorzien (dichtgebouwd in 1853 door het huidige nummer 69) naar een vroegere waterloop, welke de westgrens van het perceel bepaalde. Met uitzondering van nummers 71-73 zijn alle woningen typische beluikhuizen van twee bouwlagen en twee traveeën volgens spiegelbeeldschema, onder zadeldaken (Vlaamse pannen). Openingen onder strekse boog, en met hardstenen dorpels. Verankerde witgekalkte gevels op gepikte plint, en met kolenbakken onder de vensters.
Nummer 71. Eenlaags huisje van twee traveeën met getrapt dakvenster met schouderstukken boven de rechter deurtravee, onder hoog zadeldak (Vlaamse pannen), daterend uit de zeventiende eeuw. Verankerde witgekalkte voorgevel op gepikte plint. Rechthoekige deur en beluikt benedenvenster. Bovenvenstertje met afgeschuinde dagkanten en lateiconsooltjes; steigergat in top. Nummer 73. Grotendeels achter nummer 75 gelegen breedhuis met twee bouwlagen en een zichtbare travee onder hoog zadeldak met zijtrapgevels (6 treden, links vernieuwd topstuk) (Vlaamse pannen) eveneens uit de zeventiende eeuw. Rechthoekige deur en venster. Behouden voutekamer binnen.
Nummers 91-111. Eenzijdig bebouwd en luchtig steegbeluik (straat), achter smalle, doch open toegang. Gebouwd in 1860, ter vervanging.en mogelijk met hergebruik van delen van een reeds bestaand steegbeluik; alhoewel de diepte der huizen gelijk bleef, waren de nieuwgebouwde woningen echter noemenswaardig kleiner, door vermindering der gevelbreedten. De laatste twee (thans nummer 111) en de eerste twee huizen (nummer 91) werden circa 1928 samengevoegd. Steeg met deels geplaveide en deels gecementeerde bevloering, met in het midden afvoergoot. Woningen van twee bouwlagen, twee traveeën met repeterend schema, onder zadeldak (pannen). Gecementeerde gevels met schijnvoegen. Rechthoekige openingen of openingen onder strekse boog en hardstenen dorpels.
Nummers 125-137. Achter smalle, deels overbouwde toegang ligt het oudste gedateerd beluik van dit inventarisgebied, bestaande uit twee componenten: enerzijds een klein pleinbeluikje van twee woningen (nummers 125 en 127), op een gevelsteen boven de deur gedateerd "1779", achter dit koertje, en bereikbaar via een smalle open doorgang, luchtig steegbeluik uit eerste kwart negentiende eeuw. Nummers 125-127 worden gevormd door twee kleine huizen van twee bouwlagen, twee traveeën met spiegelbeeldschema, onder zadeldak (Vlaamse pannen). Rechthoekige openingen onder houten latei en met natuurstenen dorpels. Witgekalkte gevel op gepikte plint, met behouden verankering. Vermoedelijk ontstaan door opsplitsing van één enkel in binnenblok gelegen woonhuis. Achterliggend steegbeluik (nummer 129-137) oorspronkelijk aan weerszijden bebouwd; de woningen aan rechterzijde zijn tijdens het derde kwart van de twintigste eeuw tot werkhuizen omgevormd. De resterende beluikhuizen (links) bezitten anderhalve bouwlaag, twee traveeën met spiegelbeeldschema onder lessenaarsdak (Vlaamse pannen). Openingen onder strekse boog en met natuurstenen dorpels; meeste vensters voorzien van houten rolluikkasten. Opmerkelijk is dat zich boven de deur noch een venster, noch een uitgespaard venstervlak bevindt. Gecementeerde gevel met schijnvoegen, witgekalkt en op gepikte plint. Achteraan het beluik: houten neogotische muurkapel met Mariabeeld.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nb Noord-Oost, Brussel - Gent.
Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Meerhem
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Meerhem [online], https://id.erfgoed.net/themas/16628 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.