De Moorselstraat is van oudsher de hoofdstraat van het gelijknamige gehucht. Ze vertrekt in het verlengde van de Waalse Baan, doorsnijdt de woonkern van zuid naar noord, vormt op het einde een hoek van 90° en eindigt bij Sterrebeek.

Op de Ferrariskaart van 1770-1778 bestaat het hele gehucht uit een beperkte bebouwingskern langs deze straat, meer bepaald ter hoogte van het huidige centrum, met de prominente aanwezigheid van een viertal grotere hoevecomplexen. De rest van de straat is er onbebouwd en voor een groot deel afgezet met een haag, al dan niet aan weerszijden.

In 1850 werd de Moorselstraat, op dat ogenblik nog zonder officiële benaming, geplaveid. Ze werd toen benoemd als 'le chemin traversant le hameau de Moorseloo' of 'le grand chemin de Moorseloo'. Op de Poppkaart van omstreeks 1860 wordt de straat aangeduid als 'Boschstraet', naar het oostelijk gelegen Moorselbos; met uitzondering van een lichte toename van de bebouwing bleef de situatie nagenoeg ongewijzigd ten opzichte van de Ferrariskaart.

Tot op heden vormt de Moorselstraat de noord-zuid-as van het gehucht; Bij het begin vertoont ze vrijstaande eengezinswoningen uit de 20ste eeuw, gevolgd door het centrum van het gehucht dat gekenmerkt wordt door een heterogene basisbebouwing voornamelijk uit de tweede helft van de 19de en de eerste helft van de 20ste eeuw. Min of meer centraal ligt de neogotische parochiekerk met achterliggende pastorie. Beeldbepalend is de monumentale inplanting van het hof van Hertoginnedal, ten zuiden van de oorspronkelijke woonkern, tegenover de huidige Pachthofstraat. Ten noordwesten van het centrum werd in het begin van de 20ste eeuw ook een ommuurde begraafplaats ingeplant.