In de eerste helft van de jaren vijftig realiseerde de pas opgerichte sociale huisvestingsmaatschappij De Gelukkige Haard haar eerste wijk van 86 woningen aan de Gelukkige-Haardstraat en de Bronstraat, naar plannen van architect René Meyer. De wijk werd genoemd naar voorzitter Henri Edebau, waarvoor ook een herdenkingsmonument in deze wijk werd opgericht.
De Cité Henri Edebau is een typische naoorlogse volkswijk, bestaande uit vijf huizengroepen langs de doodlopende Gelukkige-Haardstraat, en vijf langs de Bronstraat. De buurt heeft een groen karakter door voortuintjes en laanbomen, evenals kleine gemeenschappelijke groenzones aan beide straten. De omhaagde achtertuinen worden ontsloten door paden.
De architectuur is te bestempelen als baksteentraditionalisme met bakstenen lijstgevels van twee bouwlagen onder rode pannen zadeldaken. Qua planindeling zijn deze woningen echter vrij modern, met toepassing van bel-etage en duplex, en originele plaatsing van de keuken.
Deze wijk werd binnen de thematische inventarisatie van het sociale woningbouwpatrimonium niet geselecteerd als bouwkundig erfgoed omwille van onvoldoende erfgoedwaarde op Vlaams niveau.
- Onroerend Erfgoed, Archief Inventaris sociale woningbouwpatrimonium (2011-2016), Sitenaam OOSTE_GELUKKIGEHAARDSTRAAT_3315.
- Stadsarchief Oostende SAR032 1952/301.
- Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, Dienst Onroerende Transacties, registratiefiches, map 3315, Oostende, St. Jan.
- DEVRIENDT L. 1986: Sociale woningbouw te Oostende, onuitgegeven verhandeling Universiteit Gent, Burgerlijk ingenieur architect, 265-267.
- S.N. 1952: Oostende herbouwt, s.l., 24-25.
- S.N. 1997: Monografieën erkende bouwmaatschappijen, in: S.N., Bouwstenen van sociaal woonbeleid '45-'95. De VHM bekijkt 50 jaar volkshuisvesting in Vlaanderen. Deel 2, Brussel, 125.
- S.N. s.d. (2001): De Gelukkige Haard : Vijftig Jaar, Oostende, 13.