Inhoudelijk thema

Archeologische vindplaatsen van het vroeg- en middenpaleolithicum

ID
17295
URI
https://id.erfgoed.net/themas/17295

Beschrijving

Vindplaatsen uit het vroeg- en middenpaleolithicum (Homo heidelbergensis, Neanderthaler) zijn gekend zijn van alle archeoregio’s in Vlaanderen, met uitzondering van de Maasterrassen, de strandduinen en polders. In het bijzonder is er een zekere associatie van deze sites en vondsten met de verspreiding van de afzettingen van de ‘Vlaamse vallei’, een aantal paleobodems in de leemstreek, en de tertiaire heuvelruggen, bijvoorbeeld deze van het Hageland en de Vlaamse Ardennen. In de zandstreken buiten de contouren van de Vlaamse vallei bestaan de vondsten veelal uit oppervlaktevondsten. Daarbij zijn ‘concentraties’ (in relatieve zin, het gaat telkens om een vrij klein aantal sites) te bemerken op de Kempense cuesta en het Kempens plateau, twee regio’s waar de afdekkende dekzanden vrij dun zijn. Slechts weinig sites van het vroeg- of middenpaleolithicum in Vlaanderen zijn onderzocht geweest via opgravingen.

Buiten de Vlaamse vallei is het middenpaleolithicum in zandig en zandlemig Vlaanderen vooral gekend aan de hand van tal van oppervlaktevindplaatsen die zich vaak op dagzomende tertiaire opduikingen bevinden waar het in oorsprong dun quartair dek geërodeerd is. Ook voor de vindplaatsen die zich op de getuigenheuvels van het Heuvelland en de Vlaamse Ardennen bevinden, geldt deze problematiek. Ze bevinden zich over het algemeen aan het oppervlak of zijn geassocieerd met verplaatste sedimenten, zoals bijvoorbeeld te Vollezele-Congoberg waar het materiaal zich in colluviale afzettingen uit het Weichsel bevindt.

Ten noorden van de Vlaamse Vallei, ter hoogte van de Kempen, worden uit deze periode voornamelijk oppervlaktevindplaatsen met een beperkt aantal vondsten aangetroffen. 

Het zandleem- en leemgebied van midden-België biedt dan weer potentieel op in situ bewaarde contexten, zoals het onderzoek op de diverse sites te Veldwezelt en Kesselt- Op de Schans heeft aangetoond. Maar ook daar zijn vindplaatsen door de afdekking van een dik pakket (zand)leem weinig zichtbaar. Ze getuigen van het bijzonder rijk potentieel dat aanwezig is in het loessgebied zowat voor alle fases van het middenpaleolithicum. Dit wordt eveneens ook aangetoond door goed bewaarde en gedocumenteerde vindplaatsen in Nederland (bijv. Maastricht-Belvédère) en Wallonië (zoals Remicourt – En Bia Flo I). Onderzoek net over de taalgrens, langs de Kleine Gete (sites van Orp-Jauche & Hannut), toont overigens aan dat ook ondiep bewaarde vindplaatsen in de beekvalleien kunnen aangetroffen worden.

In de kustpolders ontbreken vindplaatsen. In principe verschilt het middenpaleolithisch potentieel weinig van het zand(leem)gebied net ten westen ervan, maar zorgt de holocene geomorfologische ontwikkeling van het landschap hier voor een extra complexiteit omwille van de afdekking door veen en polderklei enerzijds en erosieve werking van getijdengeulen anderzijds. Op de huidige kaart wordt de kustlijn als begrenzing aangegeven, maar voor het paleolithicum gaat deze begrenzing uiteraard niet op. Terwijl tijdens koudere periodes de kustlijn verderaf lag of niet bestond en het huidige Verenigd Koninkrijk dus via land te bereiken was, getuigen mariene afzettingen uit het Eem landinwaarts net van een omgekeerde beweging tijdens het interglaciaal. Onderzoek naar het potentieel van het pleistocene landschap ter hoogte van de litorale en sublitorale zones bleef echter lange tijd uit in België. Ter hoogte van het strand zijn weliswaar enkele vindplaatsen gekend, maar het betreffen voornamelijk oude vondstmeldingen waarvan het materiaal ondertussen deels verloren is gegaan. Voor het middenpaleolithicum blijken vooralsnog enkel faunaresten gerapporteerd te zijn die op diverse locaties voor de kust zijn aangetroffen. Dit staat in schril contrast met de rijkdom aan baggervondsten voor de kust van Nederland waar naast talrijke lithische en benen artefacten en faunaresten, ook een schedelfragment van een Neanderthaler werd gevonden. 

 

  • RYSSAERT C., DEPAEPE I., PERDAEN Y., DE BIE M., VAN PEER P., CROMBÉ P., VAN GILS M., VAN BAELEN A. & DE WILDE D. 2021: Onderzoeksbalans archeologie in Vlaanderen versie 2, 01/06/2021: paleolithicum, Onderzoeksrapporten agentschap Onroerend Erfgoed 191, Brussel.

Auteurs: Ryssaert, Caroline
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Bekijk gerelateerde waarnemingen

Assent (Bekkevoort)
De site ligt aan de bovenkant van een helling die afdaalt van het plateau van Rijnrodeberg naar de Rijnrodebeek. 


Bekkevoort (Bekkevoort)


Rillaar (Aarschot)
Het betreft een heterogene collectie met voornamelijk vuursteen artefacten, met een duidelijke neolithische component, maar ook mesolithicum en paleolithicum.


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Archeologische vindplaatsen van het vroeg- en middenpaleolithicum [online], https://id.erfgoed.net/themas/17295 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.