Reeds vermeld in 1248 en aldus, ondanks de benaming, toch behorend tot het oudste stratenpatroon met Grote Markt als knooppunt. Interessante benadering van dit centrum. Spijtige al te grote gaping van de Hopmarkt, aan Nieuwstraatzijde ontstaan na de afbraak van het Klein Vleeshuis (1840). Talrijke volgens archiefstukken gekende huisnamen wijzen op diversiteit van bewoners en bedrijven met toch opmerkelijk overwicht van gegoede burgerij, wat in feite wordt veruiterlijkt door talrijke brede panden afwisselend met smallere van doorgaans drie traveeën.
Op de hoek vroegere Veemarkt (nu Hopmarkt) en Nieuwstraat stond de bekende afspanning "De Drie coninghen", vermeld in 1573 en doorlevend tot 1869 om plaats te ruimen voor het toenmalig neoclassicistisch postkantoor dat inmiddels werd vervangen door een groot R.T.T. gebouw.
Verder invoegen van grootschalige nieuwe bouw, voornamelijk in de noordelijke straatwand, waar grootwarenhuis werd ingeplant op vroeger door burgerhuizen ingenomen panden. Groeiende handelsfunctie die heterogeen karakter van de straat bevordert; vrij homogene basisbebouwing met in de 19de eeuw aangebrachte lijstgevels met witbeschilderde bepleistering, heden sterk geïndividualiseerd door de recente winkelpuien; deze splitsen meestal de gebouwen op in twee aparte "registers" waarvan doorgaans alleen de benedenverdieping wordt waargenomen. In ruimte- en volumebeleving van de straat blijven ze echter meespelen met hun alternerende breedten en hoogten. Oude kernen soms merkbaar aan dakhelling en andere constructieve details: nummer 1, 45, 61. Verschillende typen, onder meer vrij vlakke en sobere gevels met neoclassicistische inslag, twee à drie traveeën, geriemde vensteromlijsting en haast onversierde kroonlijst (nummer 26, 41, 51, 50-52: herenwoning, enkelhuistype met doorgetrokken lekdrempels); andere soortgelijke met ietwat meer geordonneerde gevel en/of meer uitgewerkte versiering der vensteromlijstingen met stucsluitsteen, ook cementbepleistering voornamelijk uit de tweede helft van de 19de eeuw (onder meer nummer 22, 24, 36, 38, 46-48), nummer 58 met bijkomend balkon. Merkwaardige bankgebouwen in eclectische stijl (nummer 18-20), uit begin 20ste eeuw; ertegenover recenter bankgebouw (nummer 27).
Bron: D'HUYVETTER C., DE LONGIE B. & EEMAN M. met medewerking van LINTERS A. 1978: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Aalst, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 5n1 (A-G), Brussel - Gent. Auteurs: d'Huyvetter, Clio; de Longie, Bea; Eeman, Michèle Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)