"Op het Zand", id est het zandachtige gebied dat zich uitstrekte van de Vijf windgaten tot de Keizerpoort, leidde de Sint-Lievenspoortstraat van de Vijfwindgatenpoort tot de Sint-Lievenspoort. Deze poort werd in 1384 gebouwd na de toevoeging van "het Zand" en de Heerlijkheid van Raveschoot aan het grondgebied van de stad. Ter bescherming van dit gebied werd in 1378-1384 de Keizersvest gegraven, een stadsgracht die de Schelde bij het binnen- en buitenvloeien van de stad verbond. Aldus verloren de versterkingen aan het Klein Scheldeken onmiddellijk aan belang. De stadspoort werd genaamd naar een Gentse beschermheilige, Sint-Lieven; de weg die van hier vertrok naar Sint-Lievens-Houtem was eertijds een bedevaartsweg. Via de Sint-Lievensbrug over de Schelde gaf de Sint-Lievenspoortstraat vroeger direct aansluiting met de Hundelgemsesteenweg. In 1937 werd de oude brug vervangen door een nieuwe die over beide Schelde-armen liep. De nieuwe brug van na de Tweede Wereldoorlog werd in 1972 door een nog grotere brug vervangen in het kader van de werken aan de E3 en de ringlaan. Daardoor verloor de Sint-Lievenspoortstraat haar functie als invalsweg.
Bij het begin van de Sint-Lievenspoortstraat, ter hoogte van het heden doodlopende Oude Rijke Klarenstraatje (later Sint-Clarastraat), werd in 1613 een clarissenklooster gebouwd. Deze rijke klaren waren afkomstig van Gentbrugge. Zij werden in 1576 uit hun in 1234 gestichte klooster verjaagd. Hun klooster in de Sint-Lievenspoortstraat werd in 1783 afgeschaft. Resten van dit klooster zijn bewaard gebleven in nummer 34 en 36 tot 40.
Tot eind 19de eeuw overwoog een kleinschalige bebouwing bestaande uit verbouwde 17de-eeuwse en 18de-eeuwse woningen van één bouwlaag, verscheidene vroeg 19de-eeuwse beluiken, kleine burgerhuizen, veelal in reeksen opgetrokken. Voornamelijk bepleisterde lijstgevels van drie bouwlagen en twee of drie traveeën met omlijste bovenvensters verrijkt met stucsluitsteen en meestal verbouwde benedenverdieping (nummer 39, 41, 62 (gesloopt), 117, 119, 121, 214, 216, 286, 288 (gesloopt)). De oorspronkelijke kleinschaligheid van de straat wordt echter zowel door huizen uit eind 19de eeuw en begin 20ste eeuw als door recentere nieuwe en hoge flatgebouwen verbroken. Vooral nabij de Keizervest, waar het oorspronkelijk straattracé verloren ging, verrezen verscheidene flatgebouwen.
De westzijde van de Sint-Lievenspoortstraat, tot aan de vroegere loop der Oude Schelde, vertoonde tijdens de eerste zestig jaren van de 19de eeuw een fascinerende bouwactiviteit van beluiken, waaruit het speculatieve van deze bouwvorm duidelijk naar voor treedt. Sommige van de thans nog bestaande gehelen kwamen reeds tijdens eerste kwart 19de eeuw tot stand, doch de voornaamste vormgeving dateert van circa 1850-1860. Tijdens het laatste kwart der eeuw reeds verdwenen een aantal complexen (ondermeer 37 huizen waarvan 23 in binnenblok voor het trekken van de huidige Sint-Lievensdoorgang in 1899; en een rij, waarvan thans nog een overbouwde doorgang, naast nummer 132 getuigt). Van andere werden delen geïncorporeerd in thans nog bestaande constructies, ondermeer achter nummer 144 (met de rug palend aan het beluik nummer 148-158) en achter nummer 198 (toegankelijk via een poort in de Sint-Lievensdoorgang). Het dominerend grondpatroon was het steegbeluik, met smalle toegang.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4nb Noord-Oost, Brussel - Gent. Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Sint-Lievenspoortstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/2819 (geraadpleegd op ).