Benaming sedert 1930. Plein aan de parochiekerk, op het kruispunt van: Elfnovemberstraat, Edgard Blanquaertstraat, Rijakker, Amand Casier de ter Bekenlaan en Alphonse Claeys-Bouüaertlaan, zonder nochtans een eigenlijke dorpskern te vormen, de genoemde straten werden immers pas in 20ste eeuw bebouwd. Naar verluidt zou zich eertijds ten oosten van de kerk een driesje met linden bevonden hebben dat in 1957 verdween. Ten noorden van de kerk grasperk, beplant met linden op de hoeken, aangelegd op de plaats van de zogenaamde "steenput van de Greutere". In het zelfde jaar, 1898, werd rond de kerk een arduinen omheiningsmuur opgericht met in de noordoostelijke hoek een "afroepingshuisje", tevens berging voor de lijkberrie. In 1930 inhuldiging van het Heilig Hartbeeld in zandsteen naar ontwerp van Broeder Adolf van de Sint-Lucasschool in Gent, en tevens oprichting van een oorlogsmonument.
Verspreide bebouwing: pastorie, kerk, voormalige en eerste gemeentelijke school (nummer 4), enkele huizen uit derde kwart 20ste eeuw, het huis van de onderpastoor en een hoeve met aanpalende herberg. Achter laatst genoemde leidt een dreef naar het kasteel "Claeys-Bouüaert" met park, thans stadseigendom.
De oude parochiekerk functioneerde als eindpunt van een bedevaartweg ter ere van de Heilige Cornelius, na de instelling door bisschop Delebecque in 1841 van een "Broederschap ter ere van de Heilige Cornelius". Deze Heilige werd aanroepen tegen "seskens, vallende ziekten' zenuwziekte" enzovoort In 1865 werd rondom de kerk het leven van de Heilige in verschillende taferelen uitgebeeld. In 1910 werden de beelden vervangen door tafereeltjes in terracotta, aangebracht achter glas, in arduinen nisjes.