Vrij lange straat in het verlengde van de Oude Dorpsstraat, gekenmerkt door een doorsnee landelijke architectuur en enkele behouden ensembles van arbeidershuizen uit het derde kwart van de 19de eeuw: nummer 9-15, 30-34, enkel- en dubbelhuisjes met anderhalve bouwlaag onder doorlopende zadeldaken (Vlaamse pannen). Nummer 30-34 bepleisterd. Getoogde, meestal beluikte vensters.
Vermeldenswaardig is de aanwezigheid van talrijke voormalige klompenmakerijen, onder te brengen in twee types: de in het woonhuis ingebouwde zogenaamde blokstal meestal uit het derde kwart van de 19de eeuw en de losstaande blokstal, meestal haaks achter het woonhuis gebouwd en daterend uit het eerste kwart van de 20ste eeuw (zie ook Daalstraat nummer 13, 24). Laatst genoemd type vinden we terug achter nummer 44, 46, 74 en 90; woonhuizen zonder noemenswaardigheden.
Bron: DEMEY A. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Sint-Niklaas, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 7n1 (B-L), Brussel - Gent. Auteurs: Demey, Anthony Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)