Tussen Gasthuis-/Casselstraat en Westlaan (gedeelte van de recentere ringweg), en aansluitend bij de Provenseweg. Westelijke uitvalsweg vanaf de oude hoofdas, ontstaan in de Franse tijd in het kader van de aanleg van de 'Grote Calchiede' of de gekasseide weg Waasten-Ieper-Poperinge-Duinkerke in 1679-1680 door Lodewijk XIV.
Licht klimmende, geasfalteerde straat met een gebogen tracé. Overwegend woningen vermengd met andere functies zoals de Stedelijke Muziekschool (nummer 22, zie ook Werf en Sint-Annastraat), een touwslagerij (nummer 86-88), en een voormalig hopmagazijn (zie nummer 15-17). Een klein slachthuis uit de 20ste eeuw (nummer 21) en een voormalig constructiebedrijf van hopplukmachines (nummer 19) zijn gelegen aan een doodlopend, gekasseid zijstraatje links van nummer 17. Naar de periferie toe liggen ook enkele onder meer voormalige hoevetjes (nummer 151, 152 en 174). Ook bevindt zich hier een vroegere melkerij, heden handelspand (nummer 161-163), in oorsprong teruggaand tot een in 1918 opgetrokken melkerijgebouw door de 'Samenwerkende Melkerij Sint-Bertinus'. Aan de overkant van de straat situeert zich de nu leegstaande herberg, vroeger 'In de melkerij' genaamd (nummer 196). Recentere inplanting van twee grootwarenhuizen.
De basisbebouwing bestaat uit rijhuizen van één à drie bouwlagen met variërende gevelbreedte onder pannen zadeldaken (nokrichting parallel aan de straat), onder meer geknikte, uit de 19de en 20ste eeuw. Er is een minder aaneengesloten bebouwing naar het straatuiteinde toe. Aanpassingen en vernieuwde gevelparementen zijn vrij courant, recente nieuwe bouw eerder sporadisch.
De behouden 19de-eeuwse bebouwing omvat voornamelijk arbeiders- en burgerwoningen met eenvoudige, vaak beschilderde bakstenen lijstgevel, soms nog getypeerd door licht verdiepte, rechthoekige kozijnen voor ramen en deuren, te zien bij onder meer nummer 32, 34, 48, 85 en 143. Nummer 15 heeft een beraapte lijstgevel verlevendigd door witbeschilderde kroonlijst en vensteromlijstingen; een houten winkelpui (laatste kwart van de 19de eeuw-eerste kwart van de 20ste eeuw) met neoclassicistische inslag, ook nog aangetroffen bij nummer 54.
Een kleine dwarsschuur van stijl- en regelwerk, gedateerd 1817, is bewaard bij het voorts sterk aangepaste 19de-eeuws hoevetje op nummer 152. Versteningsproces is nog merkbaar bij de arbeiderswoning nummer 156 en de leegstaande hoeve nummer 174.
Sobere lijstgevels uit het eerste kwart van de 20ste eeuw doorgaans zonder typische houten kozijnen. Nummer 12 is een slagerswinkel in eclectische bouwtrant, gedateerd 1908. Nummer 114 is een alleenstaande woning midden in een tuin, uit de jaren 1930 en geïnspireerd op de 'cottagestijl', te zien aan het pseudo-vakwerk; paardenkop boven het portaal. Nummer 41 is een winkelhuis uit de jaren 1930, met art-deco-inslag, te zien aan de uitwerking van de puntgevel van het dakvenster en de beglazing van de koetspoort; nummer 31 in grosso modo aansluitende bouwtrant.