Van Hoog- naar Twijnstraat. Naam sinds 1290 afgeleid van "het ambacht der kulktstikkers" - onder meer stikken van kussens, dekens en matrassen - vermoedelijk in deze wijk gevestigd.
Middeleeuwse woonfunctie zie oude kernen. Recht straattracé; kasseibestrating. Rest van schampsteen ter hoogte van de zijgevel Twijnstraat nummer 6 situeert de oorspronkelijke koetsdoorrit.
Heden nog dominerende woonfunctie; voornamelijk herenhuizen. Hoekpanden van zes traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak met beschilderde parementen beantwoorden nog aan 17de-eeuws straatbeeld. In de loop van de 19de eeuw vervangen van diephuizen door bepleisterde en beschilderde lijstgevels waarachter nu nog oude kernen schuil gaan zie hoge beluikte kelderopeningen soms met in de stoep ingewerkte toegangstrap. Voorts ook hedendaagse invularchitectuur zie nummer 3 van 1983, architect W. Van Oyen (Brugge), in plaats van lijstgevel van 1837.
Dienst Openbare Werken, Bouwvergunningen, nummer 2074/1983.
DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 163.
Bron: GILTÉ S. & VANWALLEGHEM A. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Oudste kern, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nA, Brussel - Turnhout. Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)