De straat is een voorbeeld van eind-19de-eeuwse urbanisatie: een brede straat met loodrechte rooilijnen, aangelegd in functie van het stationsgebouw, dat als een scherm de straat aan de westzijde afsluit; de geometrische vorm van het huidige stationsgebouw - ter vervanging van het tussen 1973-1975 afgebroken, oorspronkelijke gebouw - is niet aangepast aan dit architectonisch kader, en vormt een banaal element door de zwakke manier waarop het zijn rol als monumentaal eindpunt van de straat vervult.
De straatwanden zijn opgebouwd, deels uit reeksen van gelijkaardige burgerhuizen, die samen een architectonisch geheel vormen, deels uit herenhuizen, vol. in neoclassicistische stijl. Belangrijke elementen zijn eveneens de tuinen van enkele van deze heren. huizen, die het straatbeeld sterk verlevendigen. De recente flatgebouwen aan de linker zijde werken in hoge mate storend.
Tevens is deze straat de spil van de stadsuitbreiding van het einde der 19de eeuw en het begin van de 20ste eeuw. De fin-de-siècle architectuur concentreert zich immers hoofdzakelijk in het stadskwartier rondom het station; hiervan is de Stationsstraat het centrum.
Op de plaats van het huidige station bevond zich het Sint-Katelijneklooster, een stichting der benedictinessen, in de 12de eeuw; in 1193 werd bij het klooster een Sint-Katharinakerk gevoegd. In 1231 verhuisden de zusters naar het goed te Nonnen-Mielen; de kerk werd eind 18de eeuw afgebroken.
Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n2 (He-Z), Brussel - Gent. Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)