Gelegen aan de Brugse Vaart, gegraven 1613-23. Een eerste brug, een houten draaibrug, verbond beide oevers vanaf 1775.
Reeds voor het delven van de vaart bevond zich hier het "Goed ter Lake", de zetel van de heerlijkheid van Lake, een leen van Woeste. De oude hoeve omsloten met walgrachten werd in 1969 gesloopt voor de vestiging van een bedrijf op het inmiddels aangelegde industrieterrein van Aalter.
De buurt was vanouds gekend om zijn herbergen. Van de acht herbergen waren er zes gelegen aan de zuidkant. Ook de "afspanningen" voor de hekpaarden waren aan de zuidkant gelegen. In de 19de eeuw en de 20ste eeuw vestigden zich verschillende industriële bedrijven aan de vaart. De herbergen verdwenen.
DEFRUYT R., Verdwenen herbergen langs de vaart te Aalterbrug, in Land van de Woestijne, VIII, 4, 1985, p. 17-27.
Bron: LANCLUS K. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Gent, Kanton Nevele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 12n1, Brussel - Turnhout. Auteurs: Lanclus, Kathleen Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)