Oude wijk in Mol-centrum, gelegen in het laagste gedeelte van het grondgebied. Eertijds bewoond door ambachtslieden, wevers, spinners en enige boeren; bijgevolg tot op heden gekarakteriseerd door een overwegend kleinschalige bebouwing uit eind 19de - begin 20ste eeuw, onder meer de nummers 87 en 89, respectievelijk ingetekend op het kadaster in 1899 en 1900 en de nummers 101 tot 111: rijhuisjes met lijstgevels, twee à drie traveeën en één bouwlaag onder zadeldaken (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen of kunstleien), soms met decoratieve verwerking van gesinterde baksteen (nummers 109 en 111) of aflijnende baksteenfriezen (nummers 105, 107); nummers 106-108 als dubbelhuisjes met gemeenschappelijke centrale doorgang.