Rechte weg tussen de Kerkstraat en de Blankenbergsesteenweg. De straat is onderdeel van de noordelijke afsluiting van het centrum van Wenduine tussen het Park Prins Albert en de Blankenbergsesteenweg. Deze drukke verkeersas, parallel met de Zeedijk, wordt in het midden doorsneden door de brede trambedding van de kusttram. Ten zuiden van de trambedding bevinden zich de Leopold II-laan en de de Smet de Naeyerlaan, ten noorden ervan de Graaf Jansdijk, de De Bruynehelling, de Square Josephine-Charlotte en de Square Boudewijn.
Met de aanleg in 1886 van een tramlijn tussen Oostende en Blankenberge wordt het landelijke Wenduine definitief ontsloten voor het kusttoerisme. Vanaf 1896 beginnen de grote werken voor het aanleggen van de boulevards waarbij de middeleeuwse Graaf Jansdijk (zie Graaf Jansdijk) en enkele duinen aan de Zeedijk worden afgegraven. Langs deze nieuwe lanen verrijst vanaf circa 1900 een aaneenschakeling van hotels, pensions, cottages, appartementen en villa's in een bonte mix van stijlen typisch voor het fin de siècle. Na de Tweede Wereldoorlog en in versneld tempo vanaf het laatste kwart van de 20ste eeuw worden bijna alle hotels en pensions vervangen door hoogbouw bestaande uit kustappartementen. Zo gaat ook het "Hotel Savoy" verloren in de jaren 1990, een tegeltableau met afbeelding van de "Spioenkop" (zie Park Prins Albert) wordt gerecupereerd bij de bouw in 1972 van het "Wielingencentrum" (zie Graaf Jansdijk).
Enkel bebouwd aan de zuidzijde, uit de beginperiode zijn het "HOTEL GEORGES" (nummer 19) en de cottage (nummer 25) op de hoek met de Frans Derleynstraat bewaard. Naast nog wat kleinschaliger appartementen uit de jaren 1950-1960 wordt de straatwand overheerst door recente hoogbouw. Naast wonen en verblijfstoerisme ook commerciële activiteit en horeca. Langs het spoor van de tramlijn is een parkeerstrook aangelegd.
- MONTEYNE G., VANDAELE R., Wenduine, van middeleeuws vissersdorp tot familiebadplaats, Beernem, 2008, p.17, p. 102-104, p. 236.
- MOUTON R., WAUTERS B., Archiefbeelden Wenduine, Stroud (Groot-Britannië), 2004, p. 52-56.