Zeer korte weg tussen de Brugse Baan en Bredene waar hij gedeeltelijk de grens volgt en op grondgebied Bredene als Klemensheule wordt verdergezet. De weg maakt oorspronkelijk deel uit van de Duiveketestraat, door de heraanleg van de Brugse Baan in de eerste helft van de 18de eeuw geraakt het wegdeel geïsoleerd.

De straat kruist de Noordede. Dit riviertje loopt vanuit Zuienkerke over De Haan om uit te monden in de haven van Bredene. In 1842 legt de Watering van Blankenberge hier en aan de Watergangstraat een brug. Beide bruggen werden, zie jaartal, in "1853" (her)bouwd. De Clemensheulebrug is, zie jaartal in "1995" in gele baksteen heropgebouwd en heeft twee rondbogen aan de westzijde en vier kleinere aan de oostzijde. Balustrades met vleugels onder blauwhardstenen dekplaten. Geasfalteerd wegdek.

De straat behoort tot het historisch stratenpatroon van de gemeente. Het traject komt als onderdeel van de Duiveketestraat voor op de Grote Kaart van het Brugse Vrije door Pieter Pourbus (1571) en gekopieerd door Pieter Claeissens (1601). In een schouwingsverslag van 1830 is de weg opgetekend als "Straat lopend van de Duivekeet Heule over de nieuwe Calcyde naar den kwaden weg". Ten zuiden van de "nieuwe Calcyde" wordt de weg dan verder gezet als Clemensheulestraat of "Kwade Weg". Op de Atlas der Buurtwegen (1842) beschreven als Chemin n° 12, "Kwadenweg. Chemin du Cabaret dit Palingpot à Oudenbourg". Vanaf de Brugse Baan vertrekt de voetweg Chemin n° 17, "Oudenburgweg. Sentier de Clemskerke à la ferme Jean Borgoujon" (zie nr. 6).

Van oudsher landelijke straat met zeer schaarse bewoning zoals te zien op de Ferrariskaart (1770-1778). De aan de straat gelegen hoeve nummer 6 zogenaamd "POLDERHOF", zie houten bord, dateert uit de eerste helft van de 19de eeuw en staat op de Atlas der Buurtwegen aangeduid als "Ferme Borgoujon". Hoeve met gebouwen op U-vormige plattegrond met sterk aangepaste muuropeningen.

Oude polderweg tussen Stalhille en de Brugsebaan; bochtig tracé met zeer schaarse bebouwing.