Teksten van Driftweg

https://id.erfgoed.net/themas/6746

Driftweg ()

Behoort gedeeltelijk tot De Haan-aan-Zee, grondgebied Klemskerke.

Bochtige weg vanaf de Stationsstraat in De Haan-aan-Zee in westelijke richting verlopend naar Bredene waar de straat wordt verdergezet als Kapellestraat. De straat loopt min of meer parallel met de Koninklijke Baan-Rijksweg en de tramlijn.

De straat volgt wellicht het tracé van een middeleeuwse schapendriftweg ontstaan vanaf de 11de eeuw tussen de duinen en de polders na de kustoverstromingen of zogenaamde Duinkerketransgressies (2de eeuw voor Christus-12de eeuw). Langs de kustlijn worden in de 12de en 13de eeuw enkele steden (onder meer Nieuwpoort, Oostende, Blankenberge) opgericht. Deze worden verbonden langs een goed onderhouden handelsweg ook "winterwech" genoemd tussen Duinkerke en Sluis en waarbij waarschijnlijk het tracé van de oude driftweg wordt opgenomen. De weg vormt lange tijd de belangrijkste verbinding tussen Bredene en Wenduine over De Haan. Na de aanleg van de Koninklijke Baan circa 1903 is de Driftweg nog slechts van lokaal belang als scheiding tussen duinen en polders. Op grondgebied De Haan vormen de Driftweg achtereenvolgens met de Wenduinesteenweg (Vlissegem), Marktstraat, Driftweg (Wenduine) en Drift (Wenduine) onderdeel van deze weg.

De straat behoort tot het historisch stratenpatroon van de gemeente. Het traject komt voor op de Grote Kaart van het Brugse Vrije door Pieter Pourbus (1571) en gekopieerd door Pieter Claeissens (1601). Op de Ferrariskaart (1770-1778) vormt de weg afgetekend de grens tussen de duinen en de achterliggende polders met ten zuiden ervan enkele vissershuisjes of boerenarbeiderswoningen (zie nummer 96). De arme vissers, boeren en strandjutters zijn er eeuwen lang de enige bewoners die ten opzichte van de dorpskern een eigen gemeenschap vormen. Het uitzicht van de weg zal vanaf het eind van de 19de eeuw ingrijpend veranderen onder invloed van het opkomend kusttoerisme. De straat wordt gekasseid in 1907. Vanaf circa 1900 worden in de dorpskern vakantiewoningen en/of handelshuizen in het toenmalige gehucht De Haan gebouwd. De beeldbepalende huizenrij nummers 1-12, samen met Stationsstraat nummer 1 beschermd als dorpsgezicht bij M.B. van 27/06/2003, heeft grotendeels het oorspronkelijke uitzicht (behalve nummers 2 en 3) met gevels in eclectische stijl of met cottage-elementen bewaard. De allurevolle architectuur staat tegenover de grandeur van de rijkere villa's van de Concessie ontstaan in de duinen ten noorden van de Driftweg. De gebouwen werden net zoals die in de nabijgelegen straten (Marktstraat en Stationsstraat) onderworpen aan stedenbouwkundige voorschriften. Van het uniforme traliewerk, gebruikt als afscheiding van de voortuinen, is er nog een fragment bij nummer 8 bewaard. Voor de verhuring van vakantiewoningen is vanaf 1920 tot op heden in nummer 2 de "Agence Cambré" gevestigd. Tijdens het interbellum wordt de huizenrij in westelijke richting uitgebreid (onder meer nummers 32-34).

In het kader van de volksgezondheid worden na de Eerste Wereldoorlog langs de Driftweg enkele curatieve verblijven opgericht. Het preventorium zogenaamd "Frans Eyckmans" wordt in 1926 gebouwd ten behoeve van tuberculosepatiëntjes uit de provincie Antwerpen. Het complex wordt gesloopt en in 1939 wordt er het zogenaamde "Familia", een vakantiekolonie van de christelijke compensatiekas uit Brussel opgericht. Door verwaarlozing volgt de sloop en in 1981 de bouw van een nieuw vakantiecentrum. Deze blijkt uiteindelijk verlieslatend en wordt overgenomen door het Rode Kruis die er in 1998 een asielcentrum inricht. In het begin van de 21ste eeuw zal ook dit gebouw sneuvelen en plaats maken voor een verkaveling met particuliere woningen. Op de hoek met de Vosseslag wordt in 1927 het preventorium "Vrolijk Verblijf - Gai Sejour" als Nationaal Werk tegen Tuberculose opgericht. Aankoop in 1929 door de "Prévoyance Sociale" die het ten dienste stelt van de Nationale Unie der Socialistische Mutualiteiten. De kolonie wordt bevolkt door Franstalige kinderen uit Luik, Brussel en Charleroi. In 1960 richt de zorg zich op astmatische kinderen en daarna op kinderen met een verstandelijke beperking. Uiteindelijk sluit in 1996 ook deze kolonie de deuren, wordt afgebroken en vervangen door vakantieappartementen. Het voormalig preventorium (nummer 77) "Le Home du Grand Air de Liège" (1933), in 1979 ingehuldigd als "Medisch Pedagogisch Instituut van het Gemeenschapsonderwijs", is als enige bewaard en beschermd als monument bij M.B. van 25/07/2008. Ook het vakantiecentrum "Sparrenduin" op de hoek met de Copmanlaan, daterend van 1955 en eigendom van de Christelijke Centrale der Metaalbewerkers is begin jaren 2000 gesloopt, op de gronden is het nieuwbouwproject 'De nieuwe concessie' met appartementen en meergezinswoningen gerealiseerd in een architectuur die de oude Concessie" wil imiteren. Voorts diende de verdwenen zogenaamde "Villa des Glaïeuls" of "Zwarte Villa" eveneens als preventorium.

Enerzijds woonstraat, de bebouwing komt uitsluitend voor langsheen de polderzijde. Aaneengesloten bebouwing in de dorpskern met een belangrijke commerciële en horecafunctie. Vanaf de Sparrenboslaan overgaand in vrijstaande of halfvrijstaande bewoning. De cottage nummer 172 gelegen in een kleine tuin, volgens kadastergegevens in 1931 gebouwd voor en wellicht ontworpen door architect Paul Lambot uit Laken. Witbeschilderde baksteenbouw met pseudovakwerk bij de bovenbouw en onder wisselend dakenspel (mechanische pannen) met geknikt zadeldak met wolfseind en zadeldak. Enkele kleine hoeven (zogenaamde 'postjes') of vissershuisjes zijn bewaard (onder meer nummer 83 en nummer 186) al dan niet ingrijpend verbouwd of gerenoveerd en heden dikwijls dienend als vakantiewoningen. Voorts een belangrijke impact van grote appartementscomplexen op de plaats van de vroegere sanatoria. Anderzijds een recreatieve functie onder meer op de wijk Vosseslag door de aanwezigheid van enkele grote campings en vakantieparken.

Aan de noordzijde bevindt zich tussen de Copmanlaan en de Kennedylaan het natuurgebied Duinbossen Klemskerke, beheerd door het Agentschap voor Natuur en Bos. De 'jonge' duinen ontstaan na de 11de eeuw door verstuivingen van op het strand. Op het einde van de 18de eeuw en begin 19de eeuw wordt de binnenduinrand beplant met olmen om de polders te beschermen tegen het stuifzand. Een eerste weinig succesvolle poging tot bebossing met grove den en loofbomen (dienend als hakhout) tussen Bredene en Wenduine gebeurt in 1838. In 1880 wordt opnieuw aangeplant, nu hoofdzakelijk met loofbomen. Na de Eerste Wereldoorlog en de droogte van 1921 valt het beheer van de staatsbossen onder het bestuur van Waters en Bossen die er vooral zwarte den, abeel, esdoorn, populier en wilg aanplant. Het gebied maakt deel uit van een langgerekte bosstrook (Duinbossen Vlissegem en Duinbossen Wenduine) gelegen op het grondgebied van achtereenvolgens Klemskerke, Vlissegem en Wenduine. Het bestaat uit twee delen (samen 152 ha) gescheiden door het centrum van De Haan met de Concessie. Daarop sluiten aan: de natuurreservaten De Kijkuit (Klemskerke) en De Zandpanne (Vlissegem) enerzijds en de Koninklijke Golfclub (Koninklijke Baan nummer 2), anderzijds. Het bestaat uit duinbossen, -struweel en -graslanden met een afwisseling van loof- en naaldbomen. Het is doorsneden met wandelpaadjes, ongeveer ter hoogte van de Henri Pitterylaan staat een duinpaviljoen, beschermd bij M.B. van 11/06/2009.

  • Onroerend Erfgoed - Afdeling West-Vlaanderen, Archiefnummer W/01871, W/02135, W/02211.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Klemskerke, 1931/34.
  • BALLEGEER J., VANDENBERGHE E., Tussen Noord-Ee en Noordzee in oude prentkaarten, Zaltbommel, 1978, nummer 67.
  • BOTERBERGHE R., Geschiedenis van de landelijke parochies Klemskerke-Vlissegem en van de badplaats De Haan, Brugge, 2000, p. 23-24, p. 319, 326-330.
  • DEVENT G, De oostkust van toen, van Knokke tot Bredene, Bredene, 1988, p. 150.
  • MONTEYNE G., VANDAELE R., 't Blekt lijk Klemskerke tegen 't ongeweerte! Een duizendjarige dorpshistorie, Beernem, 2003, p. 22, 35-36.
  • VAN BELLEGHEM D. en VAN BOUWEL I., Klemskerke. Van polder tot verkaveling, in UYTTENHOVE P. e.a., Recollecting Landscapes. Herfotografie, geheugen en transformaties 1904 – 1980 – 2004, Gent, 2006, p. 201-203.
  • VANDENBERGHE E. e.a., De Haan: van gehucht tot elegante badplaats. Deel 1, s.l., 1996, p. 26-27, p. 56-57.
  • VANDENBERGHE E. e.a., De Haan opnieuw bekeken. Deel II, s.l., 1999, p. 28, p. 110-112, p. 114-115.

Auteurs:  Van Vlaenderen, Patricia
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Van Vlaenderen P. 2012: Driftweg [online], https://id.erfgoed.net/teksten/140795 (geraadpleegd op ).


Driftweg ()

Maakt deel uit van het oude pad of drift (= pad waarlangs vee werd gedreven) tussen het duin- en poldergebied. Geasfalteerd, deels onverharde, deels gekasseide bermen. De oorspronkelijke bebouwing, bestaande uit kleine arbeidershuisjes (zogenaamde "postjes") werd in de loop van de 20ste eeuw onder invloed van het kusttoerisme aangevuld met sanatoria (nummer 136 "Vrolijk Verblijf"), campings (nummer 176 De Duinen, nummer 210 De Heide), een manege en de uitbreiding van de agglomeratie van De Haan-aan-Zee. De bebouwing komt uitsluitend voor langsheen de polderzijde van de Driftweg; een deel van de duinengordel is aangelegd als golfterrein.

In de Haan-aan-Zee maakte de oorspronkelijke bebouwing van kleine hoeven en landarbeiderswoningen plaats voor aaneengesloten bebouwing uit het einde van de 19de-begin van de 20ste eeuw, voornamelijk eclectische en modernistische breed- en diephuizen van twee à drie bouwlagen, oorspronkelijk met voortuintjes, deels aangepaste gevelparementen en benedenverdiepingen; naar het westen overgaand in geïsoleerde complexen uit de 20ste eeuw zoals de vakantiecentra "Sparrenduin", "Familia" (nummer 55), het "Medisch Pedagogisch Instituut" (nummer 77) en de rijkswachtkazerne.


Bron: DELEPIERE A.-M., HUYS M. & KERRINCKX H. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente De Haan, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL9, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Huys, Martine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Huys M. 2005: Driftweg [online], https://id.erfgoed.net/teksten/107886 (geraadpleegd op ).