Naar Frans Nens (1873-1935), gouverneur van Brabant, genoemde korte, licht hellende straat, die zijn huidig uitzicht kreeg in 1938 toen op één na alle panden aan onpare zijde werden gebouwd. Het tracé van de straat werd reeds uitgetekend door F.H. Laenen (1801-1849) in 1838 en hernomen door Eugène Frische (1850-1919) in 1899 als verbinding tussen de bestaande Van ’t Sestichstraat (1880) en de geplande Weldadigheidsstraat. De straat sloot zo de bestaande Horenstraat (heden Hendrik Consciencestraat) af en vormde één zijde van het tot op vandaag onbebouwde driehoekig terrein tussen de Hendrik Consciencestraat en de Constantin Meunierstraat. Het uniforme straatbeeld bestaat - aan onpare zijde - uit een doorlopende reeks van min of meer gaaf bewaarde modernistische burgerwoningen van steeds drie bouwlagen onder een plat dak met een gelijke kroonlijsthoogte en gelijk materiaalgebruik (platte gele baksteen en bepleisterd of beschilderd beton). Balkon- en erkeruitbouwen in verschillende vormen zorgen voor enig reliëf in de bovenbouw van de straatwand. De volledige pare zijde - een ongedefinieerde open ruimte afgesloten door blinde wachtgevels en in gebruik als speelplein - en de hoek met de Hendrik Consciencestraat bleven tot op heden onbebouwd.
AMELYNCK J., De moderne woning in Groot-Leuven van 1928 tot 1940. Een aanzet tot inventarisatie en analyse, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, K.U.Leuven, 1988, p. 61, 196-198.
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)