De weg loopt vanaf de Dampoortstraat langs het Zuidervaartje tot aan de Karel van Manderstraat. Het Zuidervaartje is wellicht in oorsprong een natuurlijke waterloop, opgenomen als buitenvesting van de Brugse omwalling. In 1841 wordt de waterloop vanaf de Dampoort als afleidingskanaal uitgegraven. Dit om het overtollige water van het Sint-Trudoledeken, ontspringend op Oedelemberg, via de Watering van de Broek over Damme in Oostkerke te laten uitmonden in het Schipdonkkanaal.
Ten zuiden van de stad stroomt de Zuidervaart ter hoogte van het Kanaaleiland samen met het Sint-Trudoledeken (zie Assebroek), laats genoemde wordt vanaf daar Zuidervaartje genoemd. Het gedeeltelijk ingekokerde vaartje volgt het verloop van de vesten tussen Katelijne- en Dampoort. Aan de Dampoort maakt het vaartje een scherpe bocht naar het oosten en kronkelt zich door de polders richting Damme. Over het vaartje liggen drie markante, witbeschilderde art-decobruggen, respectievelijk over de Karel van Manderstraat, de Gemeneweideweg-Noord en de Polderstraat. Een vierde "witte" brug is rond 2004 aangelegd, ten behoeve van het nieuw appartementencomplex op de hoek van de Dampoortstraat en Damse Vaart-Zuid.
In de jaren 1920 tot 1948 heet de weg Paul van der Haertlaan, als eerbetoon aan de toenmalige directeur van de Gistfabriek. De fabriek is dan eigenaar van een aantal gronden, tussen de Dampoortstraat en het Zuidervaartje, die ze ten dienste stelt aan het personeel. In 1926 legt de fabriek het sportterrein "Rust Roest" met een voetbal-, tennisveld en bolbaan aan. De houten chalet bij het voetbalveld wordt in 1953 vervangen door het huidige clubgebouw, zie nummer 3. Naast het voetbalterrein verhuurt de fabriek op het eind van de jaren 1920 een 200-tal volkstuintjes aan het personeel. Sedert 1997 zijn de sportterreinen eigendom van de stad Brugge.
De weinige bebouwing (nummers 1, 3) situeert zich aan het begin van de straat. Verder wordt de straat aan de zuidkant gekarakteriseerd door de aanwezigheid van sportvelden met daarachter grote appartementsblokken, horend bij de Dampoortstraat, aan de noordkant ligt het Zuidervaartje. Vanaf de Karel van Manderstraat gaat de openbare weg over in een fiets- en wandelpad, gelegen langs het vaartje en uitgevend op de Polderstraat.
- CAFMEYER M., Sint-Kruis, oud en nieuw, 1970, p. 105-107.
- D'HONDT J. (en andere), Leven rond de fabriek, 1997, p. 23-24, p. 70-71.
- SCHOUTEET A., De straatnamen van Brugge. Oorsprong en betekenis, 1977, p. 243.