Straat als zuidelijke begrenzing van het Groot Begijnhof, gelegen tussen de Sint-Katelijnestraat en 't Veer.
Benaming ontleend aan de beggaarden die hier op de linkerstraatzijde reeds voor 1317 hun klooster hadden en dit circa 1589 aan de nonnen van Blijdenberg afstonden. Laatstgenoemden bouwden hun kerk in 1627. Orde in 1798 verjaagd en kloostergebouwen gedeeltelijk afgebroken. Op deze gronden werd in 1868 het Sint-Libertusinstituut opgericht, bestuurd door de broeders van Onze-Lieve-Vrouw van Barmhartigheid, thans verbouwd tot Technische Scholen Mechelen.
Op de plaats van het huidig Sint-Jozefinstituut stond eertijds het refugium van Sint-Bernaerts.
Straatbebouwing voorts gekarakteriseerd door een gevarieerde gevelarchitectuur, gaande van traditionele 16de-eeuwse topgevels tot 20ste-eeuwse lijstgevels, waaronder enkele verbouwde panden een oudere kern aangeven door hun steile dakhelling, namelijk nummer 4 (thans met witte en grijze tegelbezetting), 6 en 8; of door de muurankers en algemeen volume, onder meer nummer 18.
Een homogene huizenrij daarin vormen nummers 19 tot 23: namelijk enkelhuizen onder doorlopende kroonlijst boven fries van casementen: drie bouwlagen en drie tot vier traveeën, rechthoekige benedenvensters en getoogde bovenvensters al dan niet omlijst. Nummers 15 en 17: drie en vier bouwlagen met getoogde vensters, nummer 17 met balkonleuning op de bel-etage.