Van de Koning Albert I-laan naar de Heidelbergstraat. De straatnaam verwijst naar het feit dat die reeds in de vroege Middeleeuwen Brugge met Rijsel verbond zie de 16de-eeuwse naam "Ryselsche heerwegh".
Oude heerweg die de scheiding vormde tussen de "pagi" Snellegem en Sijsele. Aangeduid op de oudste kaarten onder meer op die van Pieter Pourbus (1561-1571). De bebouwing beperkt zich in die tijd tot een vrij uitgebreide concentratie tussen de huidige Dorpsstraat en de Tillegemstraat met onder meer een molen. Langs de weg zijn eveneens enkele grotere omwalde sites zoals hofstede "Boterbeke", later genaamd "Zwaenekerke" herkenbaar. Op de kaarten van graaf Ferraris (1770-1778) en op het primitief kadasterplan (1842) vertoont de straat een analoge bebouwingsdichtheid.
In 1842 wordt het stuk tussen de Boeveriepoort en het dorp verhard, kort daarna volgt het tweede deel tot aan de Heidelbergstraat. Ter hoogte van het gemeentehuis (nummer 98) staat sinds de jaren 1960 een gedenkteken voor de gesneuvelden van de Eerste Wereldoorlog, ingehuldigd in 1920. Na de Tweede Wereldoorlog zijn de flanken van het gedenkteken aangevuld met de namen van de slachtoffers van die oorlog.
Zeker sinds de 16de eeuw - cf. afgebeeld op de kaart van het Brugse Vrije getekend door Pieter Pourbus (1561-1571) - wordt het begin van de straat ingenomen door de site van hofstede "Boterbeke", later zogenaamd "Zwaenekerke"; gesloopt in de jaren 1970 en vanaf dan geleidelijk aan bebouwd met verschillende schoolcomplexen en de bijhorende infrastructuur (nummer 7; zie Spoorwegstraat nummer 12-14). Nummer 5. Hogeschool West-Vlaanderen, departement Simon Stevin; schoolgebouw van circa 1964 cf. gevelsteenopschrift "DEZE STEEN / WERD GEPLAATST OP 16 MEI 1964 / DOOR DE HEREN / HENRI JANNE / MINISTER VAN NATIONALE OPVOEDING EN CULTUUR / EN GEORGES BOHY / MINISTER VAN OPENBARE WERKEN". In 1973 wordt de splitsing tussen Koning Albert I-laan en Rijselstraat aangelegd.
Lange, licht kronkelende straat waarvan het wegdek ter hoogte van de dorpskern recent is heraangelegd met kasseien; voorts geasfalteerd wegdek. Hoofdstraat waarrond zich pas in de loop van de 20ste eeuw de belangrijkste gebouwen van de gemeente scharen met name de kerk van 1950-1954, de pastorie van circa 1964 (nummer 67), de gemeenteschool van 1924 (nummer 71) en het gemeentehuis (nummers 66 en 98). Heden woonfunctie; beperkte commerciële activiteiten in en rond de gemeentekern.
De basisbebouwing van de Rijselstraat is vrij banale bebouwing uit de jaren 1930-1950. Mogelijk bewaren enkele van de woningen in de kern een oudere structuur. Nummer 115 was van 1759 tot de sloop ervan in 1914 de locatie van de zogenaamde "Molen van Maele", een staakmolen op torenkot cf. de huidige benaming "Molenhof". Nummer 59, rijwoning met totaal vernieuwd parement bewaart gevelsteen met inscriptie "Dit huis is / die swaene / ghenaemt / 1647".
Ter hoogte van de gemeentekern bevinden zich kleine woningen uit bruine baksteen met natuurstenen sierbanden et cetera of helrode baksteen al dan niet met natuurstenen lateien (zoals nummers 40-62, nummers 77-79, nummer 93, nummer 122, nummers 124-128). Enkele meer uitgewerkte woningen uit de jaren 1930. Nummer 83, deels vrijstaande interbellumwoning, zie de hoger opgetrokken en uitgewerkte rechtertravee. Nummer 89, rijwoning van oranje baksteen met als drielicht uitgewerkte vensters met smalle penanten en bovenlichten met kleine roedenverdelingen. Nummers 100-128, gebouwd op de oorspronkelijk grond van het toenmalige kasteel "Bloemenoord" (nummer 98), in 1947 ingedeeld in smalle percelen en vanaf de jaren 1950 bebouwd met eenvoudige rijwoningen in oranje baksteen soms met erkers of dakvensters. In het begin van de straat, voornamelijk tussen de Koning Albert I-laan, lage appartementsgebouwen uit de jaren 1960-1970 en 2000. Tussen de Chartreuseweg en de Heidelbergstraat situeert zich een woonwijk met appartementsgebouwen uit de jaren 1980.
BONDUEL P. 1992: Geschiedenis van de Brugse rand. Sint-Michiels, p. 31-33 en 48.
FRANCHOO G. 1964: De parochiepapenhofstede of priestragie van Sint-Michiels, Brugs Ommeland, jaargang 4, nummer 4, p. 145-148.
JACOBS M. 1996: Zij, die vielen als helden ... Inventaris van de oorlogsgedenktekens van de twee wereldoorlogen in West-Vlaanderen, deel 2, Brugge, p. 370-371.
SCHOUTEET A. 1977: De straatnamen van Brugge. Oorsprong en betekenis, p. 178.
Bron: VANWALLEGHEM A. & VAN VLAENDEREN P. met medewerking van GILTÉ S. & DENDOOVEN K. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Brugge, Deelgemeente Sint-Michiels, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL22, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Van Vlaenderen, Patricia Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)