Geografisch thema

Krinkeldijk (Hoeke)

ID
9245
URI
https://id.erfgoed.net/themas/9245

Beschrijving

De Krinkeldijk loopt ten noorden van en ongeveer evenwijdig met de Damse Vaart en verbindt Hoeke met Oostkerke via een grillig, kronkelend tracé. In Hoeke is de Krinkeldijk een gaaf bewaard onderdeel van de zeedijkengordel die op het einde van de 11de eeuw werd aangelegd om de streek tussen Brugge en de zee te beveiligen tegen overstromingen. Ze wordt gekenmerkt door hoge oude dijkbermen waarop rijen knotwilgen en populieren zijn geplant. De Krinkeldijk wordt tot in Hoeke gevolgd door de Vuile Vaart. De oudste dijken in de Noordzeepolders waren zeer bescheiden van omvang, en het resultaat van privé-initiatief. Reeds op het einde van de 10de eeuw beschikte men over de nodige technische en organisatorische mogelijkheden om grotere dijkwerken aan te vatten, voorbeeld de Gentele. In de tweede helft van de 11de eeuw was het gebied ten noorden van Brugge in die mate drooggevallen dat het eveneens kon ingedijkt worden. Hiertoe werd een ringdijk aangelegd, die te Uitkerke op de Oostdijk en de Gentele aansloot, en van daaruit over Heist, Westkapelle en Hoeke tot Oostkerke liep. De ringdijk bestond uit verschillende segmenten: Evenedijk of Zomerdijk, Kalveketedijk, Bloedlozendijk en Krinkeldijk. In de 12de eeuw, wellicht circa 1170, werd de dijk nog verlengd tot in de buurt van Koolkerke. Met dit dijkenstelsel kwam een einde aan de Brugse Kreek. Het Sincfal bleef echter volledig buiten het dijkenstelsel. In 1134 zorgde een stormvloed voor het ontstaan van het Zwin, een nieuw gevormde geul ten zuiden van de Krinkeldijk die vanuit het Sincfal in zuidwestelijke richting een belangrijk deel van het grondgebied overstroomde.

De dijk vormt de grens tussen enerzijds Oudland en anderzijds Middelland en Nieuwland: ten noordwesten van de dijk liggen de Oudlandpolders merkelijk lager dan de jongere, ten oosten van de dijk gelegen Middelland- en Nieuwlandpolders. In de lager gelegen Oudlandpolders vinden we het historische permanente grasland, de nieuwere polders worden als akkerland gebruikt.

Op het grondgebied van Hoeke loopt de huidige Krinkeldijk dood op de Damse Vaart-Noord. Het tracé van de oorspronkelijke dijk is echter verder te volgen in de perceelsstructuur, over de dorpskern en de Natiënlaan heen. Dit verdwenen deel van de Krinkeldijk vormde eertijds de "Hoogstraete" van Hoeke, de centrale straat in de middeleeuwse havenstad, die haar bloei kende tussen 1250 en 1450. De nederzetting ontwikkelde zich eerst binnen en daarna buiten de Krinkeldijk. Het stadje zou circa 204 hectaren groot geweest zijn; het strekte zich aan de oostzijde uit tot voorbij de huidige Natiënlaan. Langs de "Hoogstraete" bevonden zich het schepenhuis, omringd door handelshuizen en de verdwenen Sint-Jacobskapel. Dit oostelijke stadsdeel werd "ten Houcke Boven" genoemd. Alle middeleeuwse gebouwen zijn verdwenen; de enige bebouwing aan de oostzijde van de Krinkeldijk is de hoeve "Ten Houcke boven", sinds de aanleg van de Natiënlaan is de hoeve daar geadresseerd (zie Natiënlaan nummer 15A). De Krinkeldijk loopt door een gaaf bewaard stuk polderlandschap; aan de noordkant volgt de Vuile Vaart het tracé van de dijk. Langs de dijk bevinden zich op grondgebied van Hoeke twee hoeves, zie nummer 2 en nummer 9. Nummer 9, hoeve "Ter Zompelinge", is een witgekalkte hoeve onder pannen zadeldaken waarin de datum "1782" is vermeld; de L-vormige basisstructuur van de sterk uitgebreide en aangepaste hoeve wordt reeds op de Ferrariskaart (1770-1778) aangeduid. De woning op de hoek met de Zaalkeetstraat is eveneens ontstaan vanuit een hoevesite die op de kaart van Ferraris wordt aangeduid (1770-1778). Op de grens met Oostkerke, middenin een weide, een ijzeren windmolentje.

  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel VIII, Brugge, 1928, kl. 763.
  • DEVLIEGHER L., De Zwinstreek, in Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 4, Tielt, 1970, p. 74 (nr. 9 = Krinkeldijk 2).
  • Geschiedkundige snipperingen uit Houcke's verleden en heden, Brugge, 1914.
  • LARBOUILLAT J., Verkenningswandeling naar het verdwenen middeleeuwse Hoeke, in SGT, p. 4-5.
  • RYCKAERT M., Het ontstaan van het Zwin, in 2000 jaar Zwinstreek, Knokke, 1985, p. 20-24.

Bron: CALLAERT G. & HOOFT E. met medewerking van SANTY P. & SNAUWAERT L. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Damme, Deel I: Stad Damme, Deelgemeenten Hoeke, Lapscheure en Moerkerke, Deel II: Deelgemeenten Oostkerke, Sijsele en Vivenkapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL17, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Hooft, Elise; Callaert, Gonda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Kleine Mariakapel bij de Kapelhoeve

  • Omvat
    Krinkeldijk met dijkbegroeiing

  • Is deel van
    Hoeke

  • Is gerelateerd aan
    Krinkeldijk (Oostkerke)


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Krinkeldijk (Hoeke) [online], https://id.erfgoed.net/themas/9245 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.