Lange rechte verbindingsweg tussen Vivenkapelle en Moerkerke, van het Bradericplein tot aan de Moerkerkebrugstraat. Behoort tot het historische regelmatige dambordpatroon dat de gemeente ten zuiden van de Lieve kenmerkt. Behoort tot de heerweg die van Kassel naar Aardenburg liep, en die net ten oosten van Sint-Kruis in Brugge in drie evenwijdige wegen opsplitste, waarvan het tracé Vierscharestraat-Bradericplein-Weststraat-Kleverstraat de middelste was, zie de historische naam "Middelen Bruggeweg". Op de kaart van P. Pourbus (1561-1571) wordt de straat "de Hooghe Wech" genoemd. Huidige straatnaam op de Ferrariskaart (1770-1778) vermeld als naam van het gehucht "West Straete". In 1943 wordt langs de Weststraat een busdienst ingelegd tussen Brugge en Aardenburg, waardoor de Weststraat de belangrijkste verbindingsweg naar het dorp wordt; voordien was dat de Legeweg. Op de kaarten van Pourbus en van Ferraris is de Weststraat de dichtst bebouwde straat in de ruime omtrek.
Straatbeeld gekenmerkt door heterogene, geconcentreerde bebouwing, waarbij verspreide hoeves met historische kern de basis vormen. Ten zuiden van de straat opvallend diep doorlopende percelen, te linken aan dreven naar de historische kasteeldomeinen die langs deze weg gelegen zijn. Deze domeinen zijn nu bebouwd met interbellumlandhuizen, maar bewaren nog hun rechthoekige walgrachten: zie nummer 14, het "Kasteel van Altena", dat belangrijk is in de geschiedenis van de gemeente; zie nummer 50, een villa naar ontwerp van Jozef Viérin van 1909. Verder eind-19de- of begin-20ste-eeuwse burgerhuizen, dorpswoningen, kapelletjes en hedendaagse losstaande eengezinswoningen. Voorbeelden van hoeves zijn nummer 2, langgestrekt volume waarvan het lage witgekalkte gedeelte aandaken heeft aan het zadeldak, wat mogelijk wijst op een oude kern; nummer 5, L-vormig tegenover elkaar geplaatste witgekalkte volumes (woonhuis-stal en schuur) op een begraasd erf dat toegankelijk is via een hek met bakstenen pijlers; nummer 44, zogenaamd "Friezenhof", een in 1965 opgetrokken villa op de plaats van een naar verluidt uit "1634" gedateerd boerenhuis, bewaarde schuur met datering "1851" in de zijpuntgevel; nummer 45 is een kleine eind-19de- of begin-20ste-eeuwse hoeve met laag witgekalkt boerenhuis van vijf traveeën; nummer 46 is een volledig aangepaste hoeve met historische kern, oorspronkelijk behorend bij het omwalde landgoed ten westen daarvan (zie nummer 50).
Boerenarbeidershuizen langs deze straat zijn nummers 9, 11, 39 en 65, waarvan het oudste wellicht nummer 11, een witgekalkt eind-19de-eeuws huis van drie traveeën. Nummers 39 en 65 zijn opgetrokken in bruin-rode baksteen en staan in een omhaagde tuin. Nummer 66 is een samenstel van twee kleine lage dorpswoningen van twee traveeën onder een gemansardeerd zadeldak; gedeelde bovenlichten met interbellumvormgeving. Burgerhuizen uit het eerste kwart van de 20ste eeuw zijn nummers 54-56 en 58, diephuizen in gele baksteenbouw van twee bouwlagen en twee traveeën met een topgevel. Op de hoek met de Sareptastraat, een betonnen wegwijzer met ijzeren richtingborden naar Sijsele, Maldegem Donk, Brugge en Moerkerke Dorp.
- DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel XVII, Brugge, 1936, kl. 453.
- DEVLIEGHER L., De Zwinstreek, in Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 4, Tielt, 1970, p. 144 (Weststraat nummers 48 en 51).