Oost-west georiënteerde landelijke weg van de Veldhoekstraat ten oosten tot de Zomerstraat-West ten westen. Is met laatst genoemde tot in de jaren 1960 gekend als Zomerstraat die grosso modo de zuidgrens van de gemeente vormt met bebouwing aan de zuidkant gelegen op het grondgebied van Oedelem (Beernem). Naar verluidt in oorsprong deel van de voormalige Gentse heerweg die Brugge met Gent eertijds verbindt over de Tichelhoogte te Oedelem. Oudste vermelding als "weg ten Zomerstrate" in 1349.
Gelegen ten zuidwesten van de wijk "Veldhoek" aan de rand van het verdwenen Maldegemveld, met centraal ter hoogte van de Schardauwstraat het gehucht "Somerstraete", vermeld op de Ferrariskaart (1770-1778), later gekend als "Heythoek" aangeduid op de Atlas der Buurtwegen (1845).
Aan de zuidoostelijke hoek met de Schardauwstraat is voorheen de herberg "de Geete" gelegen, teruggaand op een middeleeuwse herberg zogenaamd "De Pollepel" vermeld op de kaart van Pieter Pourbus (1561-1571), later herbouwd aan de zuidkant van de Zomerstraat en afgebroken na de Tweede Wereldoorlog. In de 20ste eeuw zijn langsheen de Zomerstraat enkele maalderijen gevestigd, werkzaam tot in het derde kwart van de 20ste eeuw.
Oostelijk deel met behouden agrarisch karakter gekenmerkt door schaarse voornamelijk 19de-eeuwse hoevebebouwing. Typerend is dat vele hoeves de oudere (bij)gebouwen bewaren, doch veelal in de tweede helft van de 20ste eeuw voorzien worden van een nieuw woonhuis. Nummer 13, hoeve van het langgeveltype, gedateerd "1867" in zijtopgevel van schuurvleugel, afgescheiden van de straat door ijzeren hek tussen betonnen pijlers, met nieuw woonhuis opgetrokken op het voorerf; achterliggende bijgebouwen. Nummer 35, gerenoveerde hoeve met nieuw woonhuis en bewaarde witgekalkte schuurstalvleugel.
Westelijk deel tegen de Oedelemse steenweg aan, gekenmerkt door enkele losstaande, schuin op de weg ingeplante 20ste-eeuwse woonhuizen met laag omheinde voortuinen, zie nummer 5, interbellumwoonhuis voorzien van bakstenen trapgevel met topbekroning.
- DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van Westelyk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guînes en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel XVIII, Brugge, 1938, kolom 546-547.
- VERNIEST R., Maalderijen in Sijsele in de twintigste eeuw, in Nieuwsbrief 't Zwin Rechteroever vzw, jg. 1/2, december 2000, s.p.
- WINTEIN W., Landschapsontwikkeling te Sijsele, in Bos en Beverveld, jg. 2, 1967, p. 17, 20.