De heuvel van de 'Berg in 't Perk' is gelegen in het domein van de Koninklijke Schenking, langsheen de oude weg van Arendonk naar Bergeijk, op ca. 160 meter ten westen van het kruispunt van voorvermelde weg met de weg van Postel naar Bladel.
Na het onderzoek werd de 'Berg in 't Perk' hersteld.
Vóór de opgraving door De Laet was er al eerder sprake van de vondst van een urne, in het boek 'Postele op ter Heyden': "Bij het ontginnen stootten de bosbewerkers op iets hards ... een aarden pot die brak. Een schat ? ... Een historische schat, zo gij wilt, een askruik met een stukje uit een mensengeraamte, waarschijnlijk een ruggewervel."
Tijdens de opgravingscampagne van 1953 werd het N.W. kwadrant opgegraven en een gedeelte van het Z.O. kwadrant; in 1954 werd vooral
aandacht besteed aan de opgraving van de Z.W. en N.O. kwadranten, en aan de voltooiing van het onderzoek van het Z.O. kwadrant. Van het graf zelf werd, wegens de vroegere vergravingen, geen spoor meer teruggevonden. Wel kon de structuur van de heuvel nauwkeurig worden onderzocht. De heuvel was boven een zeer zwaar gepodsoleerd oud heide-oppervlak opgebouwd. Aan de voet van de heuvel werd een smal maar diep kringvormig spoor teruggevonden ; het vormt een tamelijk onregelmatige cirkel van ca 14 m diameter. Aan de westkant was dit spoor over een lengte van ca 0,15 m onderbroken.
Door het ontbreken van vondsten is een datering van de heuvel moeilijk, De Laet situeert de heuvel vermoedelijk in de vroege ijzertijd. Maar gezien de omvang is een datering in de bronstijd ook niet uitgesloten.
In 2024 werd de heuvel terug vrijgemaakt van opslag.
Auteurs: Meylemans, Erwin
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)