waarneming

Grijpenveld 1

archeologisch element
ID
143
URI
https://id.erfgoed.net/waarnemingen/143

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als gebied geen archeologie, gewestelijk Gebied 408
    Deze aanduiding is geldig sinds

Beschrijving

Op het Grijpenveld van Tienen werden naast een enclos uit de ijzertijd en middeleeuwse baksteenovens de zuidwestelijke rand van de vicus van Tienen opgegraven. Hieronder een chronologisch overzicht van de ontwikkeling van de vicus op basis van het onderzoek.

Fase 1 (0-69)

De vicus van Tienen werd gesticht in de Augusteïsche periode, langs de Romeinse weg van Keulen naar Boulogne. In de zuidwestelijke periferie van de vicus werd in deze periode een weg aangelegd waarlangs een vierkante omgracht complex werd opgericht. Resten van feestmaaltijden en kostbare voorwerpen in de grachten van dit complex doen vermoeden dat hier ceremoniële bijeenkomsten werden gehouden, mogelijk in het kader van de stichting van de vicus. Verderop langs dezelfde weg werd in dezelfde periode een 2-schepig gebouw van het inheemse type opgetrokken. Ook het grafveld, begrensd met grachten, werd in deze vroege fase aangelegd. Opvallend is dat de grootte (ca. vijf ha) en lay-out reeds vanaf het begin bepaald werd. Ook de lokale productie van aardewerk kwam vanaf de stichting van de vicus op gang.

Fase 2 (70-139)

In de Flavische periode bevindt de vicus van Tienen zich te midden van een landschap dat op een efficiënte manier geëxploiteerd wordt door grote en kleinere landbouwbedrijven. Het wegennet dat de vicus met de civitashoofdplaats Tongeren, andere vici en de diverse landbouwexploitaties verbindt, vergemakkelijkt de uitwisseling van goederen, maar ook van ideeën. In vicus zelf worden inmiddels, naast ceramiek, ook glazen en metalen voorwerpen geproduceerd. De meeste bewoners van de vicus bouwen ondertussen typische langwerpige zgn. vicushuizen met een stenen sokkel en een pannendak. Deze periode van bloei en vernieuwing is ook in de materiële cultuur duidelijk zichtbaar. Het aantal vormen en types van aardewerk dat in de vicus geproduceerd en geïmporteerd wordt neemt markant toe t.o.v. de vorige fase. Het aandeel van tafelwaar neemt af, terwijl het vormenspectrum nu veel uitgebreider is. Deze innovatieve trend is vooral zichtbaar in het assortiment van lokaal geproduceerde bekers, kommen, mortaria en kruiken. De uitbreiding van het spectrum aan kook- en tafelwaar geeft aan dat de keuken gevarieerder werd en het belang van het opdienen van verschillende spijzen verder steeg. Dit wordt ook aangetoond door de import van kwaliteitswijn, olijfolie en garum.

Voor de dagelijkse consumptie blijft rund een dominante rol spelen, terwijl varken afneemt en schaap toeneemt. Hond verschijnt nu ook in deze context. Opvallend is dat de geschatte leeftijd van de dieren t.o.v. de vorige fase toeneemt. Rund werd wellicht langer ingezet als lastdier en om te ploegen, terwijl schaap wellicht gehouden werd voor de wol. In het grafveld valt het relatief hoge percentage van paard en varken op.

fase 3 (140-199)

De 2de helft van de 2de eeuw blijkt een periode van bijzondere rijkdom en ontwikkeling te zijn. In Tongeren worden in deze periode de indrukwekkende stadsmuur en grote stadshuizen gebouwd en verbouwd en gedecoreerd met indrukwekkende muurschilderingen. Ook de villa’s, zoals die van Haccourt, blijken in deze periode hun maximale uitbreiding te kennen. In de vicus van Tienen wordt nog steeds op grote schaal aardewerk geproduceerd en steeds meer geëxporteerd. De metaalnijverheid breidt verder uit in de westelijke periferie van de vicus. In de zuidwestelijke periferie wordt een tumulus aangelegd. In de schacht boven de grafkamer bevinden zich de resten van een luxueuze feestmaaltijd voor een groot aantal aanwezigen. De grootte van het feest en de rijkdom van bijvoorbeeld het tafelservies, bevestigen ook dit algemeen beeld van een bloeiende economie en cultuur in deze periode. In het aardewerkassemblage van deze fase neemt het assortiment van types en specifieke functionele vormen, zowel de geïmporteerde items als de lokaal geproduceerde, verder toe om aan de nieuwe behoeftes en trends in het bereiden, serveren en consumeren van maaltijden te voldoen. Nieuwe vormen zoals zeven, mortaria en kannen worden in deze fase voor het eerst niet alleen in rituele contexten, maar ook volop in de dagelijkse keuken gebruikt. De hogere proporties van amforen met olijfolie, hoge kwaliteitswijn, maar ook van regionale producten, zoals vissaus van de Noordzee en lokale producten in lokaal geproduceerde amforen toont ook de grote keuze van het assortiment aan voedingswaren. In het assemblage van het dierenbeen van de dagelijkse afvalcontexten neemt het aandeel van rund verder toe en het aandeel van schaap/geit gevoelig af. Kip staat vanaf deze fase ook op het menu van de huishoudens van de vicus, wellicht in het kader van de welvaart en de behoefte aan variatie in de keuken.

Fase 4: 200-330 na Chr.

De onrust en instabiliteit in de 3de eeuw heeft grote gevolgen voor het economische en culturele leven, die ook voelbaar zijn voor de bewoners van de vicus van Tienen. Hoewel aardewerk nog volop lokaal geproduceerd word en niet afneemt in kwaliteit is er duidelijk een terugval in het aantal vormen dat geproduceerd word. Ook worden geoxideerd en gereduceerd aardewerk weer populairder ten koste van het gesmookt aardewerk dat zo populair was in de vorige fase. Opvallend is ook dat nu een aantal vormen, die typisch zijn voor het in Tongeren geproduceerde, vooral de kookpotten, nu ook in Tienen geïmiteerd worden. De schaarsheid aan glazen voorwerpen wordt opgevangen door de imitatie van glazen vormen in ceramiek. Het aandeel van importaardewerk neemt af, behalve in de rituele contexten.

De samenstelling van het assemblage van het dierenbeen van de nederzetting, het grafveld en de rituele contexten toont een duidelijke verandering in het systeem van de veehouderij, in het dieet en in de culturele betekenis van dieren in deze fase, die duidelijk een trendbreuk vormen met de vorige fasen. Het aandeel van rund halveert, terwijl het aandeel van schaap/geit enorm toeneemt. Kip neemt ook een belangrijke plaats in het dieet van de vicusbewoner. In het grafveld is rund daarentegen proportioneel beter vertegenwoordigt dan in de vorige fase. Paard is echter nog steeds het belangrijkste dier in funeraire contexten. In rituele contexten neemt het belang van hond dan weer sterk af ten opzichte van de vorige fase. Al bij al krijgen we een beeld van een lokale gemeenschap die zich terugplooit op zichzelf en de regio. Als lokale gemeenschap probeert men duidelijk ook zoveel mogelijk zelfvoorzienend te zijn: bijvoorbeeld met betrekking tot de productie van wol, maar ook het houden van kippen. Rund wordt nu meer en meer een luxeproduct dat voorbehouden lijkt voor speciale contexten. Opvallend is ook dat men zich ook de vormentaal van de materiële cultuur, zoals in de types lokaal geproduceerd aardewerk, een uiting geeft aan een meer lokale of eerder regionale identiteit. Men richt zich hiervoor vooral op de hoofdstad Tongeren. De populariteit van de Mithrascultus, die zich uit in de resten van feestmaaltijden van grote aantallen mensen van de vicus of de regio kan ook een uiting zijn van een veranderde instelling t.o.v. het bovennatuurlijke. De duidelijke afname van hond in de rituele contexten duidt alvast ook op veranderende religieuze ideeën.

Auteurs: Martens, Marleen
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Baksteenovens (13de-15de E)

Datering: late middeleeuwen
Typologie: vici, bouwmaterialen, , steenovens
Materiaal: aardewerk
Gebeurtenis:

Beschrijving:
2 baksteenovens, gelegen langs de Molengatweg, waren gevuld met productieafval en bakstenen afkomstig van 1 permanente muurconstructie die zich tussen de stookkuil en de laadruimte van de oven bevond.
Bakstenen geproduceerd voor bouw van de Onze-Lieve-Vrouw-ten-Poel kerk?

Ceremoniële enclos (1ste E)

Datering: Vroeg-Romeinse tijd
Typologie: vici, causewayed enclosures, , grachten (infrastructuur), , kleding en -accessoires, , munten, , vaatwerk
Materiaal: aardewerk, glas, ijzer, metaal, steen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
vierkante grachtstructuur (ceremoniële enclos 60 m x 60 m), ingang aan de noordzijde, huisplattegrond 9 m x 25 m.
In gracht:
-tafelwaar: terra sigillata, Rijnland, terra nigra, terra rubra
-containers: kurkurnen
-grote hoeveelheden zoutcontainers
-armbanden en parels in glas
-intaglio
-4 fibulae
-palmette
-munten
-ijzer frag
Claudische tijd
1ste helft 1ste eeuw

Economische activiteit (2de-3de E)

Datering: Midden-Romeinse tijd
Typologie: vici, ambachtelijke objecten, , ijzerertswinning, , smeltovens, , weverijen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
ijzerwinning
bronsateliers
weefactiviteiten
Ook andere ambachtelijke activiteiten vonden hier plaats: o.a. glasproductie
2de eeuw-3de eeuw

Fortunadepot (3de E)

Datering: Midden-Romeinse tijd
Typologie: vici, ambachtelijke objecten, , archeologische depots, , funeraire, rituele en religieuze objecten, , kleding en -accessoires, , kleinsculptuur
Materiaal: brons, git, metaal, tufsteen, zilver
Gebeurtenis:

Beschrijving:
het zogenaamde Fortunadepot:
op de bodem van een kuil werd een beeldje van Fortuna geplaatst, samen met een kom met hoofdzakelijk bronzen voorwerpen. Het ensemble bestond uit 2 kandelaars, 2 wierrookbranders, 2 armbanden, een beeld van een hond, een ring, een handvat en een mantelspeld. Verder ook een ring in git met het opschrift 'Ave' en een zilveren ring.
Het beeld, in tufsteen van Licent, is van lokale makelij
3de eeuw

Genivelleerde tumulus (2de E)

Datering: Midden-Romeinse tijd
Typologie: vici, inhumatiegraven, , tumuli, , vaatwerk
Materiaal: aardewerk, bot (menselijk), hout, houtskool
Gebeurtenis:
Afmetingenset: ()
Aantal 1 st

Beschrijving:
genivelleerde tumulus
de bodem van de grafkamer bevond zich meer dan 4 m onder het oppervlak. Opp: 12 m², rechthoekig, met houten planken op palen bekist.
Resten van brandstapel.
Boven op het houten deksel van de grafkamer was een 2de persoon begraven
2de helft 2de eeuw

Grachten (13de-15de E)

Datering: late middeleeuwen
Typologie: vici, grachten (infrastructuur), , wijngaarden
Gebeurtenis:

Beschrijving:
netwerk van grachten op de zuidwestelijke helling van de Wijngaardberg kunnen gelinkt worden aan de activiteit van de wijnbouw?
13de eeuw-15de eeuw

Graven (1ste-4de E)

Datering: Midden-Romeinse tijd
Typologie: vici, crematiegraven, , cultusplaatsen, , inhumatiegraven, , munten, , tumuli, , vaatwerk
Materiaal: aardewerk, messing, metaal
Gebeurtenis:

Beschrijving:
in zuidwesthoek van opgravingsterrein: meer dan 1100 graven opgegraven.
1 vierkanten grafmonument en 45 graven met diverse grafgiften: op 2 na waren alle graven crematiegraven.
1 graf behoorde tot een genivelleerde tumulus
waarin enkele munten werden gevonden: sesterius van Hadrianus, sesterius van Lucius Verrus
1ste eeuw-4de eeuw

Greppelstructuren (laatneolithicum)

Datering: laatneolithicum
Typologie: vici, greppels, , perceelsgreppels, , vaatwerk, , wapens en munitie, , wegen, , werktuigen
Materiaal: aardewerk, steen, vuursteen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
greppelstructuren: 2 parallelle greppels behoren waarschijnlijk tot een weg, de haaks hierop verlopende greppels boorden waarschijnlijk kleine akkers af. In de grachten werden stenen voorwerpen teruggevonden: pijlpunten, klingen, gepolijste bijlen en handgevormd aardewerk.

Mithraeum (3de E)

Datering: Midden-Romeinse tijd
Typologie: vici, cultusplaatsen, , kuilen, , mithraea, , palissaden, , verharde wegen
Materiaal: aardewerk, bot (dierlijk), glas, metaal, natuursteen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
Mithraeum: naast een kiezelweg, aan de rand van de ambachtelijke zone, in een gebied dat sinds de oprichting van de vicus een mix van rituele en ambachtelijke activiteiten herbergde, niet ver van de begraafplaats.
Het gebouw was opgetrokken uit vakwerk en werd gedeeltelijk in de grond uitgegraven. Binnenin was de tempel versierd met muurschilderingen. Centraal in de middengang was een 'kistje' begraven. Aan het uiteinde van de middengang lag een vloertje waarop waarschijnlijk een altaar gestaan heeft. Het perceel was afgebakend met palissade. Binnen palissade bevonden zich 3 kuilen met gemeenschappelijke afdeklaag. In kuilen: glas, metaal, aardewerk en dierenbeen (vnl. hanen): waarschijnlijk rituele depositie van resten van feestmaaltijd en andere offers.
Eerste tempel binnen Benelux gewijd aan deze godheid.
3de eeuw

Nederzetting (6de-5de E v.Chr.)

Datering: vroege ijzertijd
Typologie: vici, ambachtelijke objecten, , bevestigingselementen, , extractiekuilen, , grachten (infrastructuur), , grachten (verdedigingselementen), , ijzerertswinning, , indicaties voor metaalbewerking, , indicaties voor vuursteenbewerking, , kleding en -accessoires, , kuilen, , nederzettingen, , paalkuilen, , smeltovens, , voorraadkuilen, , wapens en munitie, , werktuigen
Materiaal: aardewerk, bot (dierlijk), glas, ijzer, vuursteen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
een nederzetting van ca. 3,25 ha met een meervoudige omgrachting. Binnen de omheining woningen, schuren, voorraadkuilen en extractiekuilen. Sporen van landbouw, veeteelt, spin- en weefactiviteiten en ijzerwinning.
grachten + kuilen + paalgaten
ceramiek en zoutcontainers
17 werktuigen in silex: geretoucheerde klingen, afslagen en pijlpunten.
11 slijpstenen, 4 fragmenten van maalstenen en een stenen weefgewicht
17 nagels, 2 krammen, 2 zgn. blaaspijpjes, 195 ijzerslakken, en 12 fragmenten van smeltkroezen.
Frag van gebakken leem.
Frag van armbanden in blauw glas
fragmenten van dierenbeenderen
6de eeuw v.Chr.-5de eeuw v.Chr.

Paalgaten, grachtennetwerk (late ijzertijd)

Datering: late ijzertijd (oosten)
Typologie: vici, bronnen, , grachten (infrastructuur), , nederzettingen, , paalkuilen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
paalgaten: geen compleet plan
vierposten- en zespostenconstructies
off site fenomenen: netwerk van grachten
1 mogelijke bron

Pottenbakkerswijk (1ste E)

Datering: Midden-Romeinse tijd
Typologie: vici, afvalkuilen, , bevestigingselementen, , kuilen, , pottenbakkerijen, , pottenbakkersovens, , vaatwerk, , werktuigen
Materiaal: aardewerk, bot (menselijk), houtskool, metaal
Gebeurtenis:

Beschrijving:
In deze periode ontwikkelde zich een pottenbakkerswijk, waarvan enkele pottenbakkersovens in kaart zijn gebracht, samen met enkele kuilen waarin talrijke fragmenten van misbaksels.
In de kuilen: lokaal geproduceerd aardwerk, maar ook terra sigillata. Enkele residuele stukken en individuen die niet tot de Tiense productie behoorden. Een significant aantal verbrande leem en kleipropjes, gevitrificieerde leembrokken, metaal (nagels) en houtskoolfragmenten werden ook teruggevonden.
Ook de aanwezigheid van menselijk beendermateriaal is opvallend. Aan de hand van de resten, die zich in fragmentaire staat bevonden, kon een aanzienlijk deel van een menselijk skelet gereconstrueerd worden.
aan de hand van de algemene context van de ovens en de keramiek
65 n.Chr.-85 n.Chr.

Romeinse wegen (2de-3de E)

Datering: Midden-Romeinse tijd
Typologie: vici, greppels, , infrastructuur voor waterbevoorraading en -afvoer, , wegen
Thema: Romeinse wegen
Gebeurtenis:

Beschrijving:
uitbreidingsgebied van de vicus langs 2 veldwegen die leidden van het centrum van de vicus naar het zuiden, parallel met de oudere vierkante grachtstructuur. In de greppel langs 1 van deze wegen zijn de resten van een waterleiding aangetroffen.
2de eeuw-3de eeuw


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2025: Grijpenveld 1 [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/143 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.