In 2011 vond een proefsleuvenonderzoek plaats.
De restanten van de Romaanse kerk werden niet teruggevonden via het onderzoek van 2011, maar wel bij eerdere, beperkte archeologische waarnemingen. De vierkante westertoren is het nog enige restant van deze kerk (afgebroken eind 13de eeuw). Het oorspronkelijke Gotische vloerniveau, werd vastgesteld op 1,10 m diepte tegen de westelijke zuil.
Uit vooronderzoek leverde informatie op over de begraving in de kerk.
Na uitvoering van het vooronderzoek bleek een archeologische opgraving noodzakelijk.
De archeologische opgraving was enerzijds gericht op het opgraven en bergen van de aanwezige skeletten en anderzijds op het documenteren van oudere fases (muren, vloerniveaus, aanpassingswerken, …) in de bouwgeschiedenis van de Sint-Jacobskerk.
Interessant is dat er bij de funderingen gebruik van Diestiaanse ijzerzandsteen kon worden vastgesteld. Dit past in het kader van het Hageland waarbij men vanaf de 11de eeuw, maar mogelijk al iets vroeger, ruw gekapte ijzerzandsteen begon te gebruiken voor de bouw van kerken.
In de westertoren werden verder onder andere sporen van verbrande leem aangetroffen en restanten van de oude traptoren, die reeds werd gesitueerd door kanunnik Raymond Lemaire, professor aan de universiteit van Leuven, bij onderzoek in 1943. Bij de westelijke vieringpilaren werden kalkzandstenen constructies teruggevonden van oudere bouwfasen. Gezien het beperkte ruimtelijk inzicht dat de kleine werkputten bieden is het echter praktisch zeer moeilijk om deze aan bepaalde bouwcampagnes te verbinden. Er kan voorzichtig worden geponeerd dat ze tot één van de gotische fasen van de viering behoren.
Er werden relatief weinig vondsten aangetroffen, het gaat vooral om laatmiddeleeuws aardewerk met af en toe iets ouder middeleeuws aardewerk zoals grijs gedraaid. Uit de 15de eeuw werden twee kleine munten gevonden.
In totaal zijn er 27 (gedeeltelijke) graven en één knekelput opgegraven. Er is besloten om de zeven meest complete graven en de knekelput te selecteren voor verder onderzoek om een inzicht te krijgen in de identiteit van de begraven individuen binnen de Sint-Jacobskerk. Omdat er slechts weinig individuen zijn opgegraven en nog minder zijn onderzocht is het niet mogelijk om statistische uitspraken te doen over de populatie van de Sint-Jacobsparochie. Er zijn geen vaststellingen gedaan die verbonden kunnen worden aan de pestepidemie uit 1578.
Auteurs: Dierckx, Lies
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Historische stadskern van Leuven
Is deel van
Parochiekerk Sint-Jacob
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Sint-Jacobskerk met kerkhof [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/157214 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.