Naar aanleiding van de omvorming van 2 voetbalvelden tot één veld met tribune en accommodatie werd een proefsleufonderzoek gedaan.
Auteurs: Fillet, Rone
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Beschrijving:
Het enige spoor (spoor 29, afb. 13), dat eventueel als paalspoor kan geïnterpreteerd worden, bevond zich in sleuf 16. Deze grijswitte vlek uitgeloogde grond (diameter 80 cm) werd gecoupeerd en was onderaan scherp afgelijnd. Er bevond zich geen materiaal in de vulling.
Beschrijving:
Proefsleuf 2 bracht een grachtoever aan het licht. Het midden van de gracht werd niet bereikt en ligt noordelijker, dichter bij de perceelsgrens met grote bomen die het graven belemmerden. Duidelijk was het vroegere aflopen van het terrein in noordelijke richting, naar de gracht toe. De grachtkanten en bodem waren donker organisch en de kant vertoonde resten van rietbegroeiing. De grond was tot enkele meters naar het zuiden gereduceerd blauw-grijs. Deze gracht staat nog op de stafkaart van 1960. Evenwijdig met de gracht liep een lineair spoor (spoor 11) van slechts 17 cm breed, met rechte wanden en vlakke bodem. Dit spoor ging 5 cm dieper dan de donkere grachtoever en had een gelijkaardige donkere vulling. In deze sleuf, naast de gracht, werden een viertal kuilen opgetekend die zich donkergrijs tegen de lichtgrijze ondergrond aftekenden (sporen 12, 14, 15 en 17). Het weinige materiaal dat kon worden verzameld, eveneens uit de 100 l uitgezeefde materie van spoor 12, is ten vroegste laatmiddeleeuws, maar bevat ook postmiddeleeuwse elementen.