waarneming

Grote Markt II

archeologisch element
ID
222478
URI
https://id.erfgoed.net/waarnemingen/222478

Beschrijving

Het huidig prospectieonderzoek, waarbij de gracht van de pre-stedelijke nederzetting werd aangesneden, geeft een nieuwe inkijk in het stadswordingsproces van Diksmuide. Diksmuide wordt in de historische bronnen voor het eerst vermeld in 1089, maar het is duidelijk dat de wortels van de stad ouder kunnen zijn. Veel vragen m.b.t. de vroegste nederzetting blijven in deze fase van het onderzoek nog onbeantwoord. Het is duidelijk dat dit basisrapport geldt als vertrekpunt voor verder onderzoek.

Het verloop van de walgracht is op basis van de huidige puntwaarnemingen moeilijk te reconstrueren. Het valt niet uit te sluiten dat de versterking van de pre-stedelijke nederzetting nogal geïmproviseerd was en men zoveel mogelijk gebruik heeft gemaakt van natuurlijke elementen, zoals laagtes/depressies/beken. Mogelijk werden enkel grachten aangelegd in zones waar het strikt noodzakelijk was.

Ter hoogte van WP1 bedraagt de breedte van de gracht minstens 17m; de bodem situeert zich op 3,1 m t.o.v. de pleinverharding voor de herinrichtingswerken. Wat het profiel betreft, lijkt de gracht een vrij vlakke bodem te hebben. Het steriele, zwarte slibpakket dat op de bodem van de gracht voorkomt, kwam tot stand tijdens het langdurig openliggen van de gracht. Deze fase is m.a.w. de eerste gebruiksperiode van de versterking.

In WP1 kon de noordelijke rand van de gracht vermoedelijk gelokaliseerd worden. In de noordelijke sector van de proefsleuf werden verschillende diagonale pakketten vastgesteld, die wellicht in verband te brengen zijn met het afkalven van de oever. De waarnemingen in WP2 zijn niet volledig eenduidig. In elk geval werden nergens in WP2 gelijkaardige diagonale pakketten vastgesteld, die zouden wijzen op de overgang naar een oever. Het zwarte slibpakket dat over een grote afstand op de moederbodem vastgesteld werd en gekenmerkt werd door een groot aantal aardewerkfragmenten is in elk geval niet te beschouwen als de gebruiksfase van de gracht. Ook in WP3 werden in beide segmenten slibpakketten vastgesteld. In het noordelijke segment situeren de deze slibpakketten zich op een opmerkelijk dieper niveau. Het stratigrafisch onderzoek toont duidelijk aan dat hier sprake is van een gedempte structuur, die gekenmerkt werd door stilstaand water. Het is evenwel niet duidelijk of deze structuur te interpreteren is als een restant van de walgracht, dat lokaal langer is blijven openliggen of eerder in de richting van een poel gedacht dient te worden.

Nadat de versterkingsgracht zijn oorspronkelijke functie verloren had, werd deze in het begin van de 13de eeuw gedempt. De aard van de dempingspakketten konden slechts op 1 locatie, nl. in WP1, in detail geregistreerd worden. In deze zone bestaat de finale opvulling van de gracht uit een dik pakket sterk heterogene, groene klei. Op basis van de textuur van dit pakket en de situering van deze pakketten op de overgang naar de oever kan men zich de vraag stellen of dit pakket een restant kan zijn van het wallichaam dat zich aan stadszijde bevond.

De nivellering van het terrein is op basis van het aardewerk te dateren in de eerste helft tot het midden van de 13de eeuw. Het dempen van de gracht en het nivelleren van het terrein zijn in verband te brengen met het ontstaan van de Grote Markt als centraal marktplein. De demping vertegenwoordigt m.a.w. een nieuwe fase binnen het verstedelijkingsproces van Diksmuide. De pre-stedelijke nederzetting is geëvolueerd naar een stad en de Grote Markt heeft de locatie van de huidige Vismarkt vervangen als centraal marktplein.

De horizontale pakketten die onder de 21ste-eeuwse niveaus voorkomen, zijn te interpreteren als ophogingspakketten. Deze lagen zijn in verband te brengen met het ontstaan en de ontwikkeling van het marktplein. Het ontstaan van de Grote Markt is te situeren in de eerste helft van de 13de eeuw. De ophoging loopt door tot diep in de 14de eeuw. De dikte van het ophogingspakket bedraagt ca. 1,2m. Heel wat pakketten zijn sterk organisch. Uit de studie van de bodemlagen kan afgeleid worden dat de Grote Markt geleidelijk werd opgehoogd. Het marktplein werd m.a.w. niet in 1 beweging meer dan 1m opgehoogd. Het voorkomen van de ophogingspakketten betekent dat het centrale marktplein tijdens de late Middeleeuwen niet verhard was.

De jongste ophogingspakketten zijn te situeren in de 14de eeuw. Het ontbreken van bodemlagen uit jongere periodes heeft niets te maken met verwoestingen tijdens WO I of WO II, maar is het gevolg van de fossilisatie van de Grote Markt. Dit betekent niet noodzakelijk dat het marktplein vanaf deze periode ook verhard is.


Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Ruben Willaert nv

Ontstaan Grote Markt

Datering: 14de eeuw, tweede helft 13de eeuw
Typologie: marktplaatsen, ophogingslagen, vaatwerk
Materiaal: aardewerk, bot (dierlijk), plantaardig materiaal
Gebeurtenis:

Pre-stedelijke gracht

Datering: volle middeleeuwen
Typologie: grachten (infrastructuur), nivelleringslagen, vaatwerk
Materiaal: aardewerk, bot (dierlijk), hout, plantaardig materiaal
Gebeurtenis:

Relaties

  • Is deel van
    Historische stadskern van Diksmuide

  • Is gerelateerd aan
    Grote Markt 46


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Grote Markt II [online], https://id.erfgoed.net/waarnemingen/222478 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.