Beschrijving

Datum: 26-10-2021
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: BAAC Vlaanderen bvba

Aardewerk

Typologie: losse vondsten
Materiaal: aardewerk
Gebeurtenis:

• Archeologisch vooronderzoek Pontstraat
  • proefsleuven en proefputten i.f.v. sporensites
  • Bron: DEMOEN D. e.a. 2018: Archeologienota Kluisbergen, Pontstraat 41-45: Verslag van Resultaten, BAAC Vlaanderen Rapport 994.
    Literatuur (2018)
• Booronderzoek Pontstraat
  • booronderzoek
  • Bron: DEMOEN D. e.a. 2018: Archeologienota Kluisbergen, Pontstraat 41-45: Verslag van Resultaten, BAAC Vlaanderen Rapport 994.
    Literatuur (2018)

Beschrijving:
6 scherven handgevormd aardewerk
klein fragment grijsgebakken aardewerk

Brandrestengraf

Datering: Midden-Romeinse tijd, Vroeg-Romeinse tijd
Typologie: brandrestengraven
Materiaal: bot (menselijk), houtskool, plantaardig materiaal
Gebeurtenis:

• Wetenschappelijk vervolgonderzoek Pontstraat
  • anthracologisch onderzoek
  • radiokoolstofdatering
  • fysisch-antropologisch onderzoek: 2020
  • Bron: GIERTS I. e.a. 2020: Nota Kluisbergen, Pontstraat 41-45. Uitwerking brandrestengraf. Deel 1: Verslag van Resultaten, BAAC Vlaanderen Rapport 1573, Gent.
    Nota (archeologieportaal) (12-2020)
• Archeologisch vooronderzoek Pontstraat
  • proefsleuven en proefputten i.f.v. sporensites
  • Bron: DEMOEN D. e.a. 2018: Archeologienota Kluisbergen, Pontstraat 41-45: Verslag van Resultaten, BAAC Vlaanderen Rapport 994.
    Literatuur (2018)
• Booronderzoek Pontstraat
  • booronderzoek
  • Bron: DEMOEN D. e.a. 2018: Archeologienota Kluisbergen, Pontstraat 41-45: Verslag van Resultaten, BAAC Vlaanderen Rapport 994.
    Literatuur (2018)

Beschrijving:
In het vlak was het spoor afgerond rechthoekig van vorm (circa 160 x 60 cm). De vulling was donkergrijs tot zwart van kleur waarbij reeds tijdens het blootleggen van het spoor grote hoeveelheden houtskool en verbrand bot aan het licht kwamen. In doorsnede had het spoor een vlakke bodem en rechte wanden. De vulling bestond uit een vrij heterogeen, sterk gebioturbeerd pakket. Restanten van een onverstoorde bijzetting in primaire context – zoals een grafurn – werden niet aangetroffen. Gezien de vrij goede bewaringstoestand van het spoor lijkt het ontbreken van een grafrecipiënt er op te wijzen dat de as van de overledene en de overblijfselen van de brandstapel zonder meer in de grafkuil werden gedeponeerd.
Tijdens het vooronderzoek werden een graankorrel aangetroffen en een streng knolglanshaverknolletjes. Deze laatste werden geselecteerd voor 14C-datering. Knolglanshaver wordt frequent aangetroffen in crematiegraven. De aanwezige graankorrel past niet duidelijk in dit assemblage, mogelijk betreft het een intrusie. Het graf kan worden gedateerd tussen 46 voor Chr. en 117 na Chr. (vroeg- tot midden-Romeinse periode).
De in de brandrestenkuil aangetroffen houtskool is afkomstig van beuk en eik. Beide soorten leveren kwalitatief goed brandhout: de calorische waarde per volume is hoog en de brandduur lang.
De overledene was mogelijk een vrouw van circa 25-34 jaar oud bij overlijden. Slechts één kenmerk wijst op het geslacht, dat is de vorm van het interne gehoorbot (pars petrosa). De geslachtstoewijzing moet daarom met de nodige voorzichtigheid worden betracht. Pathologische botveranderingen zijn aanwezig op een deel van een wervellichaam, het zijn kleine botknobbeltjes langs de buitenrand (osteofyten, marginale osteofytose) die wijzen op degeneratie van de tussenwervelschijven in de wervelkolom.