Het Vlaams Erfgoed Centrum voerde in 2020 een archeologische opgraving uit op het plangebied Beringen, Steenstraat 16‐18 naar aanleiding van de nieuwbouw van een handelsruimte met tien appartementen. Het gehele plangebied vertoont een dikke A‐horizont, opgebouwd uit een opeenvolging van bouwvoor, ophogingen en plaggendek. Daaronder wordt de dekzandbodem aangetroffen. Aan de zuidoostelijke rand van het plangebied is enkel de C‐horizont aanwezig. Ongeveer in het midden van het plangebied duikt deze originele bodem naar beneden, waarbij de E‐, de B‐ en soms ook de oude A‐horizont van een podzol bewaard gebleven zijn. Deze originele bodem werd afgedekt door een laag stuifzand. Naar het zuidwesten toe loopt het niveau steeds meer af en gaat het originele niveau over in een depressie, waar het stuifzand duidelijk op de rand gelegen is. Het diepst aangetroffen deel van de depressie is opgevuld met meerdere lagen die natuurlijk van aard zijn. Aan de zuidoostelijke rand van het plangebied werden de sporen uitgegraven in de originele C‐horizont. Waar de bodem werd afgedekt door het stuifzand, zijn de sporen hier in uitgegraven en werden op een dieper niveau geen sporen meer aangetroffen.
Het stuifzand is door middel van OSL (optically stimulated luminescence) gedateerd tussen de Midden-Bronstijd en de Midden-IJzertijd, de venige laag van de depressie is vermoedelijk ontstaan in het Vroeg-Atlanticum. De exacte start en einddatum van de veengroei is op basis van een enkel monster niet te bepalen. Het pollenbeeld laat zien dat de omgeving rondom de depressie werd gedomineerd door Atlantisch loofbos. In het loofbos stond op minder dicht begroeide plekken hazelaar, en op arme, schralere zandgronden waren nog dennen aanwezig. Hiernaast waren er elzenstruwelen met wilg aanwezig op lagere plekken in het landschap, zoals in beekdalen. In de ondergroei van deze struwelen groeide op vochtige grond oevervegetatie en vochtige graslandvegetatie.
Binnen het plangebied werden 39 sporen aangetroffen, waarbij er geen duidelijke samenhang te herkennen is. Er kan wel een concentratie van dertien paalkuilen aan de zuidelijke rand van het plangebied vastgesteld worden zonder hierin een structuur te herkennen. Slechts in acht van de 39 sporen werd vondstmateriaal aangetroffen, vooral deze nabij de Steenstraat. Dit materiaal is ook allemaal in de Late Middeleeuwen te dateren.
De sporen in het westen, waaronder een waterput hebben een zeer gelijkaardige opvulling en zijn nabij elkaar gelegen. Mogelijk kunnen deze uit dezelfde periode gesitueerd worden als de waterput die aan de hand van een AMS 14C‐datering in de Romeinse tijd of Vroege Middeleeuwen te dateren is. Uiteindelijk blijven de spoorgegevens en de daaruit af te leiden conclusies beperkt. De oppervlakte van het plangebied is klein, het aantal sporen plus het vondstmateriaal zijn beperkt en er is te weinig samenhang te vinden tussen de verschillende sporen(clusters). Daarom blijkt het heel moeilijk om een verklaring en een datering te vinden voor de sporen op zich en de vindplaats in zijn geheel. Wel is duidelijk dat binnen het centrum van Beringen bewoningssporen terug te vinden zijn uit de Late Middeleeuwen en vermoedelijk de Romeinse tijd of Vroege Middeleeuwen.
Het onderzoek wijst ook uit dat gebieden in de omgeving potentieel hebben voor de bewaring van sites uit het Mesolithicum.
Bron: Dijkshoorn M., R. Geerts, M. Gouw-Bouman, A. Griffioen, M. Melkert, C. Mollehuizen, N. Van Asch & I. Van Kerkhoven 2021: Begraven bodem in Beringen Een archeologische opgraving te Beringen, Steenstraat 16-18, Geel.
Auteurs: Martens, Marleen
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Martens M. 2022: Steenstraat 16-18 [online], https://id.erfgoed.net/teksten/368968 (geraadpleegd op ).
Tijdens het proefsleuvenonderzoek werden 2 greppels en 15 kuilen aangetroffen. Op basis van het aardewerk aangetroffen bij de aanleg van het vlak en in de coupe van één van de greppels en één spoor wordt de site gedateerd in de 10de tot 14de eeuw. In 2020 voerde het Vlaams Erfgoed Centrum een archeologische opgraving uit op het plangebied.
Auteurs: Vanderhoydonck, Ingrid
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Vanderhoydonck I. 2020: Steenstraat 16-18 [online], https://id.erfgoed.net/teksten/358173 (geraadpleegd op ).